Batterij ref.: CR2032 / 3 V.
Deze batterij is via het CITROËN-netwerk of
een gekwalificeerde werkplaats verkrijgbaar.
Als de batterij vervangen moet worden, wordt u
gewaarschuwd door een melding op het display
van het instrumentenpaneel.
Gooi de lege batterijen van de
afstandsbediening niet weg: ze bevatten
metalen die schadelijk zijn voor het milieu.
Lever lege batterijen in bij een speciaal
verzamelpunt.
Elektronische sleutel verlorenGa met het kentekenbewijs
van de auto, uw legitimatiebewijs en, indien mogelijk, met het kaartje
voorzien van de sleutelcode naar het
CITROËN-netwerk.
Het CITROËN-netwerk kan de speciale code van de sleutel en de transponder
opzoeken en een nieuwe bestellen.
Elektronische sleutel
De radiografische elektronische sleutel is een systeem met een groot
bereik. Het is raadzaam om niet met de knoppen van de sleutel te spelen
om te voorkomen dat de portieren per ongeluk ontgrendeld worden.
Druk nooit op de knoppen van uw elektronische sleutel buiten het bereik en
het zicht van uw auto. De sleutel kan dan onbruikbaar worden en
moet in dat geval opnieuw worden gesynchroniseerd.
De elektronische sleutel kan niet als afstandsbediening functioneren als de
sleutel in de lezer zit of als het contact is aangezet.
Vergrendelen van de auto
Het rijden met vergrendelde portieren kan in geval van nood de toegang
tot het interieur belemmeren.
Neem uit veiligheidsoverwegingen (kinderen in de auto) de elektronische
sleutel mee als u de auto verlaat, zelfs al is dit voor korte duur.
Elektrische storingen
De elektronische sleutel werkt in sommige gevallen niet correct in de
nabijheid van elektronische apparatuur: telefoon, laptop, sterke
magnetische velden, ...
Diefstalbeveiliging
Breng geen wijzigingen aan in de elektronische startblokkering; dit
kan tot storingen leiden.
Bij het aanschaffen van een gebruikte auto
Laat door het CITROËN-netwerk controleren of er een pairing van uw
autosleutels heeft plaatsgevonden, zodat u er zeker van kunt zijn dat de
in uw bezit zijnde sleutels de enige zijn waarmee de auto kan worden
gestart.
De transmissie met dubbele koppeling heeft zeven versnellingen vooruit en
één versnelling achteruit De verschillende versnellingen worden
automatisch ingeschakeld in stand D (rijden).
WAARSCHUWING Om het risico op ernstig of dodelijk letsel te beperken:
Controleer ALTIJD de omgeving rond de auto op de aanwezigheid van personen, in het bijzonder kinderen, voordat u de transmissie in stand D (rijden) of R (achteruit) zet.
Controleer altijd of stand P is
ingeschakeld, trek
de parkeerrem volledig aan en zet het contact in de stand LOCK/OFF voordat u de auto verlaat. Als deze voorzorgsmaatregelen niet worden opgevolgd kan de auto onverwacht en plotseling in beweging komen.
Rem op een glad wegdek niet snel af op de motor (schakelen vanuit een hoge naar een lage versnelling). Anders kan de auto in een slip raken en een ongeval veroorzaken.
De transmissie met dubbele koppeling geeft het rijgevoel van een
handgeschakelde transmissie maar met het gebruiksgemak van een
automatische transmissie. In tegenstelling tot een conventionele
automatische transmissie is het schakelen bij de transmissie met
dubbele koppeling voelbaar (en hoorbaar). U kunt deze transmissie
beschouwen als een automatisch schakelende handgeschakelde
transmissie. Wanneer u naar stand D schakelt, gebeurt het
schakelen volledig automatisch zoals bij een conventionele
automatische transmissie.
De transmissie met dubbele koppeling maakt gebruik van een
droge dubbele koppeling, die anders is dan de koppelomvormer van een
automatische transmissie, en die zorgt voor een betere acceleratie
tijdens het rijden Maar het wegrijden vanuit stilstand kan iets
langzamer gaan dan bij een automatische transmissie.
De droge koppeling brengt koppel over en geeft een direct
rijgevoel dat anders kan aanvoelen dan bij een conventionele
automatische transmissie met koppelomvormer. Dit kan beter merkbaar
zijn bij wegrijden vanuit stilstand of lage snelheid.
Bij het snel accelereren vanaf lage snelheden kan de motor met
een hoog toerental gaan draaien, afhankelijk van de rijomstandigheden.
Voor het soepel wegrijden vanuit stilstand helling op trapt u
het gaspedaal in op een manier die past bij de omstandigheden.
Als u bij lage snelheid uw voet van het gaspedaal haalt, kunt u
voelen dat er sterk op de motor wordt afgeremd, vergelijkbaar met een
handgeschakelde transmissie.
Bij het helling af rijden kunt u de sportstand gebruiken en op
de paddle shifters drukken om terug te schakelen Zo kunt u de
snelheid regelen zonder te veel op het rempedaal te hoeven drukken.
Bij het in en uitschakelen van de motor kunt u klikgeluiden horen
wanneer het systeem een zelftest uitvoert. Dit is een normaal geluid
bij een transmissie met dubbele koppeling