Veiligheidsgordels vóór
De veiligheidsgordels vóór zijn voorzien van
een pyrotechnische gordelspanner en een
spankrachtbegrenzer.
Deze systemen zorgen voor extra bescherming van
de bestuurder en passagier bij frontale en zijdelingse
aanrijdingen. Bij een krachtige aanrijding zorgen
de pyrotechnische gordelspanners ervoor dat de
veiligheidsgordels stevig tegen de lichamen van de
inzittenden worden getrokken.
De pyrotechnische gordelspanners zijn actief zodra
het contact wordt aangezet.
De spankrachtbegrenzer beperkt de kracht waarmee
de gordel tegen het lichaam van de inzittenden
getrokken wordt en bevordert daarmee de veiligheid.
LESEN SIE MEHR:
De achterzitplaatsen zijn voorzien van een
driepuntsveiligheidsgordel met oprolautomaat
en spankrachtbegrenzer (met uitzondering van
de middelste zitplaats achter).
In het voertuig bevinden zich enkele nooduitrustingen die u in geval van
nood van pas kunnen komen.
Brandblusser
Als er een kleine brand is uitgebroken en u weet hoe een brandblusser
werkt, dan kunt u onderstaande stappen voorzichtig volgen.
Trek aan de borgpen aan de bovenzijde van de brandblusser (deze
voorkomt dat de hendel per ongeluk wordt ingedrukt).
Richt de straalpijp op de basis van de vlammen.
Houd ongeveer 2,50 m afstand van de vuurhaard en knijp de
hendel in om te blussen. Als u de hendel loslaat, stopt het blussen.
Beweeg de straalpijp heen en weer richting de basis van de
vlammen Blijf de vuurhaard in de gaten houden, ook als de vlammen
lijken te zijn gedoofd. Het vuur kan opnieuw oplaaien.