Instructieboekje, auto handleidingen

Voordat u het audiosysteem gebruikt

OPMERKING De disks gebruiken

  • Als de temperatuur in de auto te hoog wordt, opent u de autoruiten om te ventileren voordat u het systeem gebruikt.
  • Het is verboden om MP3/WMAbestanden zonder toestemming te kopiëren en te gebruiken. Gebruik uitsluitend legale cd's.
  • Gebruik geen vluchtige middelen zoals benzeen en verdunner, gangbare reinigingsmiddelen en magnetische sprays bedoeld voor analoge disks op cd’s.
  • Voorkom dat het oppervlak van de cd beschadigd raakt en houd cd's alleen bij de randen of in het midden vast.
  • Reinig het oppervlak van de cd vóór het afspelen met een zachte doek. Beweeg de doek van binnen naar buiten.
  • Beschadig het oppervlak van de disk niet of breng er geen klevende tape of papier op aan.
  • Steek uitsluitend cd’s in de cd speler. (Steek niet meer dan één cd tegelijk in de cd speler.)
  • Berg cd’s na gebruik altijd op in hun doosje om ze te beschermen tegen krassen en stof.
  • Afhankelijk van het type CDR / CD RW CD’s werken bepaalde cd’s mogelijk niet normaal volgens aanwijzingen van de fabrikanten of productie en opnamemethoden. Een langdurig gebruik onder deze omstandigheden kan tot defecten aan uw audiosysteem leiden

OPMERKING Een niet compatibele audio cd met kopieerbeveiliging afspelen Sommige cd’s met kopieerbeveiliging die niet in overeenstemming zijn met internationale audio cd normen (Red Book), spelen niet af op uw autoradio. LET OP : wanneer een cd met kopieerbeveiliging niet kan worden afgespeeld, duidt dit mogelijk op een defecte cd en niet op een defecte cd speler.

AANWIJZING: Volgorde waarin bestanden (mappen) worden afgespeeld:

  1. Afspeelvolgorde nummers: 1 tot 14 na elkaar.
  2. Volgorde waarin mappen worden afgespeeld:

❈ Als de map geen muziekbestand bevat, wordt de map niet weergegeven.

Voordat u het audiosysteem gebruikt

WAARSCHUWING

  • Staar tijdens het rijden niet naar het scherm. Als u gedurende langere tijd naar het scherm staart, kunt u verkeersongelukken veroorzaken.
  • Demonteer of monteer het audiosysteem niet en breng geen wijzigingen aan. Als u dit doet, kan dat resulteren in ongelukken, brand of een elektrische schok.
  • Als u de telefoon gebruikt tijdens het rijden, kunt u minder goed op het verkeer letten en vergroot u de kans op ongelukken. Parkeer de auto voordat u de telefoonfunctie gebruikt.
  • Zorg ervoor dat er geen water of vreemde voorwerpen in het apparaat terechtkomen. Anders kan dit leiden tot rook, brand of storingen in het product.
  • Gebruik het product niet als het scherm leeg blijft of als er geen geluid hoorbaar is. Dit kan duiden op een storing in het product. Langdurig gebruik onder deze omstandigheden kan ongevallen (brand, elektrische schok) veroorzaken of tot defecte producten leiden.
  • Raak tijdens onweer de antenne niet aan, omdat dit kan leiden tot een elektrische schok.
  • Stop of parkeer de auto niet in gebieden met een stop of parkeerverbod om het product te gebruiken. Anders kan dit leiden tot verkeersongelukken.
  • Gebruik het systeem met het contact AAN. Langdurig gebruik met het contact UIT kan leiden tot een lege accu.

WAARSCHUWING Als u tijdens het rijden wordt afgeleid, kunt u de controle over de auto verliezen, met een aanrijding en mogelijk ernstig letsel tot gevolg. De voornaamste verantwoordelijkheid van de bestuurder is het veilig besturen van de auto volgens de wettelijke regels. Het gebruik van handheld of andere apparatuur of van systemen in de auto die de aandacht van de bestuurder op welke wijze dan ook afleiden van het veilig besturen van de auto of die wettelijk niet zijn toegestaan, is dan ook verboden.

LET OP

  • Als u het apparaat gebruikt tijdens het rijden, kan dit leiden tot ongelukken omdat u onvoldoende op uw omgeving let. Parkeer eerst de auto voordat u het apparaat gebruikt.
  • Pas het volume zodanig aan dat u ook de geluiden van buiten de auto kunt horen. Als het volume te hoog is en u geluiden van buiten de auto niet kunt horen, kan dat leiden tot ongelukken.
  • LET OP het volume wanneer u het apparaat inschakelt. Een plotseling zeer hoog volume bij het inschakelen van het apparaat kan leiden tot gehoorbeschadigingen. (Pas het volume aan tot een aanvaardbaar niveau voordat u het apparaat uitschakelt.)
  • Als u het apparaat op een andere positie wilt installeren, informeer dan bij uw leverancier of servicecentrum. Er is technische kennis vereist om het apparaat te installeren of te demonteren.
  • Zet het contact AAN voordat u dit apparaat gebruikt. Gebruik het audiosysteem niet gedurende langere perioden met het contact UIT, omdat hierdoor de accu leeg kan raken.
  • Stel het apparaat niet bloot aan ernstige schokken. Directe druk op de voorzijde van de monitor kan schade veroorzaken aan het display of touchscreen.
  • Wanneer u het apparaat schoonmaakt, moet u het apparaat uitschakelen en een droge, zachte doek gebruiken. Gebruik nooit ruwe materialen, chemische doeken of oplosmiddelen (alcohol, benzeen, thinner, enz.), omdat dergelijke middelen het paneel van het apparaat kunnen beschadigen of verkleuringen kunnen veroorzaken.
  • Plaats geen dranken in de buurt van het audiosysteem. Als u morst met dranken kan dit leiden tot storingen in het systeem.
  • Als er sprake is van een storing, neem dan contact op met uw leverancier of servicecentrum.
  • Wanneer het audiosysteem in een elektromagnetische omgeving wordt geplaatst, ontstaat mogelijk ruis.

OPMERKING  Het USB apparaat gebruiken

  • Zorg, om een USB apparaat te gebruiken, dat het apparaat niet is aangesloten wanneer de motor wordt gestart. Sluit het apparaat aan nadat de motor is gestart.
  • Als u de motor start terwijl het USB apparaat is aangesloten, kan het apparaat beschadigd raken. (USB flashdrives zijn zeer gevoelig voor statische elektriciteit.)
  • Als de motor wordt gestart of afgezet terwijl het externe USB apparaat is aangesloten, werkt het apparaat mogelijk niet.
  • Niet originele MP of WMA bestanden kunnen mogelijk niet worden afgespeeld door het systeem.
  1. Er kunnen alleen MP bestanden met een compressiesnelheid tussen 8 Kbps en 320 Kbps worden afgespeel
  2. Er kunnen alleen WMA muziekbestanden met een compressiesnelheid tussen 8 Kbps en 320 Kbps worden afgespeeld.
  • Voorkom statische elektriciteit bij het aansluiten of losnemen van het externe USB apparaat.
  • Een gecodeerde MP speler wordt niet herkend.
  • Afhankelijk van het type extern USB apparaat, wordt het apparaat mogelijk niet herkend.
  • Wanneer de geformatteerde byte/ sector instelling van het externe USB apparaat niet 512 byte of 2048 byte is, zal het apparaat niet worden herkend.
  • Het USB apparaat mag uitsluitend geformatteerd zijn volgens FAT 12/16/32.
  • USB apparaten zonder USB I/F autorisatie worden mogelijk niet herkend.
  • Voorkom dat lichaamsdelen of voorwerpen in aanraking komen met de USB aansluiting.
  • Als u het USB apparaat in korte tijd herhaaldelijk aansluit en weer losneemt, kan het apparaat defect raken.
  • U hoort mogelijk een vreemd geluid bij het aansluiten of losnemen van het USB apparaat.
  • Als u het externe USB apparaat tijdens het afspelen loskoppelt, kan het apparaat beschadigd raken of werkt het mogelijk niet goed meer. Koppel daarom het externe USB apparaat los als de audio wordt uitgeschakeld of naar een andere modus (bv. radio, cd) wordt geschakeld.
  • Afhankelijk van het type en de capaciteit van het externe USB apparaat of het bestandstype dat in het apparaat is opgeslagen, kan de benodigde tijd voor het herkennen van het apparaat variëren.
  • Gebruik het USB apparaat niet voor andere doeleinden dan het afspelen van muziekbestanden.
  • Via de USB aansluiting kunnen geen video's worden afgespeeld.
  • Het gebruik van USB accessoires als een lader of een verwarming die gebruikmaakt van USB I/F kan de prestaties negatief beïnvloeden of storingen veroorzaken.
  • Als u een apart aangeschaft apparaat als bijvoorbeeld een USB aansluiting gebruikt, zal het audiosysteem het apparaat mogelijk niet herkennen. Sluit in dat geval het USB apparaat rechtstreeks aan op de multimedia aansluiting van de auto.
  • Als het USB apparaat is ingedeeld in logical drives, worden alleen de muziekbestanden op de drive met de hoogste prioriteit herkend door het audiosysteem van de auto.
  • Apparaten zoals een MP speler/ mobiele telefoon/digitale camera kunnen onherkenbaar zijn op basis van de norm USB I/F.
  • Mogelijk kunnen bepaalde mobiele apparaten niet via de USB aansluiting worden opgeladen.
  • USB harddisk drives of andere apparaten met USB aansluiting waarbij verbindingsproblemen kunnen optreden door trillingen van de auto worden niet ondersteund (type i stick).
  • Bepaalde niet standaard USB apparaten (METAL COVER TYPE USB) worden mogelijk niet herkend.
  • Bepaalde USB flash memory lezers (zoals CF, SD, micro SD, enz.) of externe HDD apparaten worden mogelijk niet herkend.
  • Muziekbestanden die worden beschermd door DRM (DIGITAL RIGHTS MANAGEMENT) worden niet herkend.
  • De gegevens in het USB geheugen gaan mogelijk verloren bij het gebruik van dit audiosysteem. Sla belangrijke gegevens altijd op in een extern geheugen.
  • Maak geen gebruik van USB sticks die als sleutelhanger of accessoire voor mobiele telefoons kunnen worden gebruikt, aangezien ze de USB aansluiting kunnen beschadigen. Zorg ervoor dat u alleen producten gebruikt met een stekkerverbinding.

OPMERKING Het iPod® apparaat gebruiken

  • Sommige iPod® modellen ondersteunen mogelijk het communicatieprotocol niet en bestanden worden mogelijk niet goed afgespeeld. Ondersteunde iPod® modellen:
  • iPhone® 3GS/4
  • iPod touch® 1e ~ 4e generatie
  • iPod nano® 1e ~ 6e generatie
  • iPod classic®
  • De zoek of afspeelvolgorde van muziekstukken op de iPod® kan verschillen van de volgorde in het audiosysteem.
  • Reset de iPod® als de iPod® uit zichzelf is vastgelopen. (Raadpleeg voor het resetten de handleiding van de iPod®)
  • Bij een bijna lege batterij werkt de iPod® mogelijk niet goed.
  • Sommige iPod® apparaten, zoals de iPhone®, kunnen via de Bluetooth ® Draadloze Technologie interface worden verbonden. Het apparaat moet een Bluetooth® Draadloze Technologie audiofunctie hebben (zoals voor een Bluetooth ® Draadloze Technologie stereokoptelefoon). Het apparaat kan afspelen, maar niet via het audiosysteem worden bediend.
  • Als u functies van de iPod® op het audiosysteem wilt gebruiken, moet u de bij uw iPod® geleverde kabel gebruiken.
  • Afhankelijk van de eigenschappen van uw iPod®/iPhone®, kunnen er bestanden worden overgeslagen of onjuist worden afgespeeld.
  • Wanneer uw iPhone® zowel via de Bluetooth® Draadloze Technologie als via USB is verbonden, wordt de muziek mogelijk niet goed afgespeeld. Selecteer op uw iPhone® de Dock stekker of de Bluetooth® Draadloze Technologie om de audio uitgang (bron) te wijzigen.
  • Steek de stekker van het iPod® voedingskabeltje bij het aansluiten van de iPod® volledig in de multimedia aansluiting. Als de stekker niet goed is aangesloten, wordt de communicatie tussen de iPod® en het audiosysteem mogelijk onderbroken.
  • Wanneer u de geluidsinstellingen van de iPod® en het audiosysteem aanpast, zullen de effecten van beide apparaten elkaar overlappen en kan de geluidskwaliteit afnemen of het geluid worden vervormd.
  • Schakel de equalizerfunctie van de iPod® uit wanneer u de geluidssterkte van het audiosysteem aanpast en zet de equalizer van het audiosysteem uit wanneer u die van de iPod® gebruikt.
  • Haal de iPod® kabel los van de iPod® wanneer u de iPod® niet met het audiosysteem van de auto gebruikt. Als u dit niet doet, blijft de iPod® mogelijk in de accessoiremodus en werkt hij mogelijk niet goed.
  • Behalve ondersteuning van de 1 m kabel die bij aankoop bij iPod®/ iPhone® producten zit, kunnen lange kabels niet worden herkend.

OPMERKING  Mobiele telefoon met Bluetooth ® Draadloze Technologie gebruiken

  • Bluetooth® Draadloze Technologie Handsfree verwijst naar een apparaat waarmee de gebruiker eenvoudig kan bellen met een mobiele telefoon met Bluetooth® Draadloze Technologie via het audiosysteem.
  • Bluetooth® Draadloze Technologie laat toe dat apparaten binnen een kort bereik worden aangesloten, inclusief handsfree apparatuur, stereohoofdtelefoons, draadloze afstandsbedieningen enz. Voor meer informatie gaat u naar de Bluetooth® Draadloze Technologie website op www.bluetooth.com voordat u gebruikmaakt van de Bluetooth® Draadloze Technologie audiofuncties.
  • Het woord Bluetooth® en het Bluetooth merk en logo zijn geregistreerde handelsmerken van Bluetooth® SIG, Inc. en elk gebruik hiervan door Kia is toegestaan onder licentie. Andere handelsmerken en handelsnamen zijn eigendom van de respectievelijke eigenaren. Om gebruik te maken van Bluetooth® Draadloze Technologie is een mobiele telefoon nodig die Bluetooth® compatibel is.
  • In de auto worden de volgende Bluetooth® Draadloze Technologie functies ondersteund. Sommige functies worden mogelijk niet ondersteund, afhankelijk van uw Bluetooth® Draadloze Technologie apparaat.
  • Handsfree bellen met Bluetooth ® Draadloze Technologie
  • schakel naar privé, schakel naar oproep in wacht, uitgaand volume)
  • Oproepgeschiedenis downloaden
  • Mobiel telefoonboek downloaden
  • Automatische download van telefoonboek / oproepgeschiedenis
  • Automatische verbinding Bluetooth ® Draadloze Technologieapparaat
  • Bluetooth® Draadloze Technologie audio
  • Raadpleeg vóór gebruik van de functies van de Bluetooth® Draadloze Technologie van het audiosysteem de handleiding van uw telefoon voor telefoongerelateerde Bluetooth® Draadloze Technologie bedieningen.
  • De telefoon moet met het audiosysteem zijn gekoppeld om de functies van de Bluetooth® Draadloze Technologie te kunnen gebruiken.
  • Het aanmelden en verbinden van een Bluetooth® Draadloze Technologie telefoon werkt alleen als de Bluetooth® Draadloze Technologie functie van uw telefoon ingeschakeld is. (De manieren om de Bluetooth® Draadloze Technologie functie in te schakelen, kunnen per telefoon verschillend zijn.)
  • Gebruik uw mobiele telefoon niet tijdens het rijden en pas de Bluetooth ® Draadloze Technologie instellingen niet aan tijdens het rijden (bijvoorbeeld koppelen van een telefoon).
  • Zelfs als de telefoon Bluetooth® Draadloze Technologie ondersteunt, wordt de telefoon tijdens zoekacties niet gevonden als de telefoon is ingesteld op de status verborgen of als de Bluetooth® Draadloze Technologie is uitgeschakeld. Schakel de status verborgen uit of schakel Bluetooth® Draadloze Technologie in voordat u een verbinding met het audiosysteem van de auto maakt.
  • De handsfree functies zijn niet beschikbaar als uw telefoon (in de auto) buiten het bereik van een telefoonnetwerk is (bijvoorbeeld in tunnels of in bergachtig gebied).
  • Als het telefoonsignaal zwak is of als het te rumoerig is in het interieur van de auto, is de gesprekspartner mogelijk moeilijk te verstaan.
  • Leg de telefoon niet in de buurt van of in metalen voorwerpen, anders ontstaat mogelijk storing in de communicatie met het Bluetooth ® Draadloze Technologiesysteem of de telefoonontvangst.
  • Wanneer het audiosysteem in een elektromagnetische omgeving wordt geplaatst, ontstaat mogelijk ruis.
  • Sommige mobiele telefoons of andere apparaten kunnen storingen veroorzaken in het audiosysteem. In dit geval kunt u het apparaat op een andere locatie opbergen om het probleem te verhelpen.
  • Als uw telefoon via Bluetooth® Draadloze Technologie is verbonden, raakt de batterij mogelijk sneller ontladen dan normaal, vanwege het uitvoeren van extra Bluetooth® Draadloze Technologie functies.
  • Als de prioriteit is ingesteld zal er automatisch verbinding worden gemaakt met de telefoon met Bluetooth® Draadloze Technologie als het contact aan (IGN/ACC ON) gezet wordt. Ook als u buiten de auto staat, zal de telefoon met Bluetooth® Draadloze Technologie automatisch verbinding maken zodra u zich in de onmiddellijke nabijheid van de auto bevindt. Als u niet automatisch verbinding wilt maken met uw telefoon met Bluetooth ® Draadloze Technologie, probeert u het volgende.
  1. Schakel de Bluetooth® Draadloze Technologie functie van uw mobiele telefoon uit.
  2. Schakel de Bluetooth® Draadloze Technologie functie van uw audiosysteem uit. Ga naar [SETUP] (Instellen) > [Phone] (telefoon) en [turn off] (uitschakelen) om de Bluetooth ® Draadloze Technologiefunctie van het audiosysteem in uw auto uit te schakelen.
  • De Bluetooth® Draadloze Technologie verbinding wordt bij sommige mobiele telefoons mogelijk regelmatig onderbroken. Zet de volgende stappen om opnieuw een verbinding te maken.
  1. Zet de Bluetooth® Draadloze Technologie functie van de mobiele telefoon uit/aan en probeer opnieuw verbinding te maken.
  2. Zet de mobiele telefoon uit/aan en probeer opnieuw verbinding te maken.
  3. Verwijder de batterij uit de mobiele telefoon, plaats de batterij weer terug, start de mobiele telefoon weer en probeer opnieuw verbinding te maken.
  4. Start het audiosysteem opnieuw en probeer opnieuw verbinding te maken.
  5. Verwijder alle gekoppelde apparaten en probeer opnieuw verbinding te maken.
  • Er kunnen maximaal vijf Bluetooth ® Draadloze Technologie apparaten worden gekoppeld met het audiosysteem van de auto.
  • De telefooncontacten moeten in het Engels worden opgeslagen of ze worden mogelijk niet correct weergegeven.
  • Het volume en de geluidskwaliteit van de handsfree gesprekken kunnen per mobiele telefoon verschillen.
  • Er kan slechts één Bluetooth® Draadloze Technologie apparaat per keer zijn verbonden.
  • Bij sommige mobiele telefoons kan het starten van de motor terwijl er een handsfreegesprek met Bluetooth ® Draadloze Technologie gevoerd wordt, ertoe leiden dat het gesprek beëindigd wordt. (Gebruik uw mobiele telefoon voor het voeren van het gesprek wanneer u het contact aan zet.)
  • Als de mobiele telefoon niet gekoppeld of verbonden is, is het niet mogelijk om de Phone modus te openen. Als de telefoon aangemeld is of als er verbinding is, wordt het begeleidingsscherm weergegeven

LET OP

  • Bluetooth® Draadloze Technologie Handsfree is een functie die bestuurders in staat stelt veilig te rijden. Het verbinden van het autoradiosysteem met een Bluetooth® Draadloze Technologie telefoon stelt de gebruiker in staat om comfortabel te bellen, oproepen te ontvangen en het telefoonboek te beheren. Voordat u gebruikmaakt van de Bluetooth® Draadloze Technologie leest u de inhoud van deze gebruikershandleiding zorgvuldig door.
  • Het veelvuldig gebruiken of bedienen tijdens het rijden kan leiden tot onoplettendheid waardoor ongelukken kunnen ontstaan.
  • Gebruik het apparaat niet te vaak tijdens het rijden.
  • Langere tijd naar het scherm kijken is gevaarlijk en kan leiden tot ongelukken.
  • Kijk tijdens het rijden slechts kort op het scherm.

OPMERKING  De spraakherkenning gebruiken

  • De spraakherkenningsfunctie van dit product ondersteunt herkenning van de commando’s die in deze gebruikershandleiding zijn vermeld.
  • Als u tijdens het gebruik van de spraakherkenning de bedieningsorganen op het stuurwiel of het apparaat gebruikt, schakelt de spraakherkenningsfunctie uit en kunt u de gewenste functies handmatig bedienen.
  • Plaats de microfoon boven het hoofd van de bestuurdersstoel. Voor superieure spraakherkenningskwaliteit zorgt u voor een goede houding als u commando’s uitspreekt.
  • De spraakherkenning werkt mogelijk niet naar behoren door externe geluiden. De volgende omstandigheden kunnen de prestaties van spraakherkenning beïnvloeden:
  • Als de ramen en het schuifdak open zijn
  • Als de koeling/verwarming is ingeschakeld
  • Bij het rijden in een tunnel
  • Bij het rijden op ruw en oneven terrein
  • Na het downloaden van het Bluetooth ® Draadloze Technologie telefoonboek heeft het systeem wat tijd nodig om het telefoonboek om te zetten in spraakgegevens. Gedurende deze tijd werkt de spraakherkenning mogelijk niet goed.
  • Na invoeren van uw telefoonboek worden speciale symbolen en nummers mogelijk niet herkend door spraak. Bijvoorbeeld, "# John Doe%&" wordt herkend als "John Doe".

    LESEN SIE MEHR:

     KIA Optima (JF) - Instructieboekje (2015-2020) > Kenmerken van uw audio

    1. Werpt de cd uit. 2.  (Type A ) Schakelt over naar de FM/AMmodus. Iedere keer dat de toets wordt ingedrukt, wijzigt de modus in de volgorde FM1 FM2 AM.

     KIA Optima (JF) - Instructieboekje (2015-2020) > Radiomodus (type A , type A met RDS)

    Met de toets Radiomodus ZOEKEN Druk op de toets. Kort indrukken: frequentie wijzigen. Toets ingedrukt houden: automatisch naar de volgende frequentie zoeken.

     Citroen DS5 - Instructieboekje (2011-2018) > Koelvloeistofniveau

    Het koelvloeistofniveau dient zich zo dicht mogelijk bij het merkteken "MAXI" te bevinden, maar mag beslist niet hoger zijn. Als de motor warm is, wordt de temperatuur van de koelvloeistof geregeld door de koelventilator.