Instructieboekje, auto handleidingen

Algemene informatie

Condens in de voor- en achterlampen van de buitenverlichting

Voor- en achterlampen van de buitenverlichting hebben ontluchtingsopeningen ten behoeve van normale wijzigingen in de luchtdruk.

Condensvorming kan een natuurlijke bijkomstigheid van deze constructie zijn. Wanneer vochtige lucht via de ontluchtingsopeningen in de lampeenheid binnendringt, bestaat de mogelijkheid dat condensvorming optreedt wanneer de temperatuur laag is. Wanneer normale condensvorming optreedt, kan zich een licht waas aan de binnenzijde van de lens vormen. Dit fijne waas verdwijnt wanneer de lampen normaal in bedrijf zijn geleidelijk via de ontluchtingsopeningen.

Onder droge weersomstandigheden kan dit oplossen 48 uur duren.

Voorbeelden van acceptabele condensvorming zijn:

  • De aanwezigheid van een fijn waas (geen strepen, sporen van druppels of grote druppels).
  • Een fijn waas dat 50% van de lens bedekt.
Voorbeelden van onacceptabele condensvorming zijn:
  • Een waterplas in de lamp.
  • Strepen, sporen van druppels of grote druppels aan de binnenzijde van de lens.
Ontdekt u onacceptabele condensvorming, laat uw auto dan door een officiële dealer controleren.

    LESEN SIE MEHR:

     Ford Mondeo Vijfde generatie (Mk5) - Instructieboekje (2013-2022) > Verlichting

     Ford Mondeo Vijfde generatie (Mk5) - Instructieboekje (2013-2022) > Verlichtingsbediening

      Uit. Parkeerlichten, instrumentenpaneelverlichting, kentekenplaatverlichting en achterlichten. Koplampen.

     Citroen DS5 - Instructieboekje (2011-2018) > Gebruiksadviezen voor de verwarming, ventilatie en airconditioning

    Neem voor een optimale werking van de verwarming, ventilatie en airconditioning de volgende gebruiksadviezen in acht: Let erop dat voor een gelijkmatige verdeling van de lucht naar het interieur de uitstroomopening onder de voorruit, de verschillende luchtkanalen, luchtroosters en overige uitstroomopeningen alsmede de ventilatieopening in de bagageruimte vrij blijven. Let erop dat de zonnesensor op het dashboard niet wordt afgedekt. Deze sensor dient voor de regeling van de automatische airconditioning. Zet de airconditioning minstens één tot twee keer per maand vijf tot tien minuten aan om het systeem in perfecte staat te houden. Controleer regelmatig de staat van het interieurfilter en laat de filterelementen periodiek vervangen (zie de rubriek "Controles").