Binnenspiegel
Verstelbare spiegel voor het zicht recht achter
de auto.
De binnenspiegel is voorzien van een
antiverblindingsstand waardoor de spiegel
donkerder wordt en de bestuurder minder hinder
ondervindt van bijvoorbeeld de zon en van de
koplampen van achteropkomend verkeer.
Automatisch dimmende binnenspiegel
Dankzij een sensor die de hoeveelheid licht die
vanaf de achterzijde van de auto op de spiegel
valt meet, gaat de binnenspiegel geleidelijk en
automatisch over van de dag- in de nachtstand.
Zicht
Stel voor een beter zicht naar achteren de
binnenspiegel zo af dat onder in de spiegel het
onderste deel van de achterruit zichtbaar is.
Zodra de achteruitversnelling wordt
ingeschakeld, wordt de spiegel in de
dagstand gezet voor een maximaal
zicht naar achteren.
LESEN SIE MEHR:
Uit veiligheidsoverwegingen moeten de
buitenspiegels zo worden afgesteld dat
de "dode hoek" zo klein mogelijk is.
Neem voor een optimale werking van de verwarming, ventilatie en
airconditioning de
volgende gebruiksadviezen in acht:
Let erop dat voor een gelijkmatige verdeling van de lucht naar
het interieur de
uitstroomopening onder de voorruit, de verschillende luchtkanalen,
luchtroosters en
overige uitstroomopeningen alsmede de ventilatieopening in de
bagageruimte vrij
blijven.
Let erop dat de zonnesensor op het dashboard niet wordt afgedekt.
Deze sensor dient
voor de regeling van de automatische airconditioning.
Zet de airconditioning minstens één tot twee keer per maand vijf
tot tien minuten aan
om het systeem in perfecte staat te houden.
Controleer regelmatig de staat van het interieurfilter en laat de
filterelementen periodiek
vervangen (zie de rubriek "Controles").