Bluetooth® Draadloze Technologie (type B )
Wanneer er geen apparaten zijn gekoppeld
- Druk op de toets of de
toets op de bedieningsorganen van het
stuurwiel. Het volgende scherm wordt weergegeven.
- Druk op de toets [OK] om het scherm van het aangemelde toestel
in te schakelen.
- Device (apparaat): naam van het apparaat die wordt weergegeven
wanneer u zoekt vanaf uw Bluetooth ® Draadloze Technologieapparaat
- Passkey (wachtwoord): wachtwoord dat wordt gebruikt om het
apparaat te koppelen
3. Zoek en selecteer vanaf uw Bluetooth
® Draadloze Technologie apparaat (d.w.z. mobiele telefoon) het
audiosysteem van uw auto.
❈ SSP: Secure Simple Pairing [Non SSP supported device] (Niet
SSPondersteund apparaat)
4. Na een paar seconden wordt er een scherm weergegeven waarin u uw
wachtwoord kunt invoeren Voer in dit scherm het wachtwoord "0000" in om
uw Bluetooth® Draadloze Technologie apparaat te koppelen aan het
audiosysteem.
[SSP supported device] (SSP ondersteund apparaat)
4. Na een paar seconden wordt een scherm weergegeven met een
cijferig wachtwoord Controleer in dit scherm het wachtwoord voor uw
Bluetooth® Draadloze Technologie apparaat en bevestig het 5. Als het
koppelen is voltooid, wordt het volgende scherm weergegeven Sommige
telefoons (d.w.z. iPhone® , Android en Blackberry telefoons) hebben een
optie om alle toekomstige verzoeken voor verbinding met Bluetooth
automatisch te accepteren.
OPMERKING
Als er Bluetooth® Draadloze Technologie apparaten worden gekoppeld maar er is op dat moment geen van de apparaten verbonden, kunt u op de toets of de
toets op het stuurwiel drukken om het volgende scherm weer te geven. Druk op de toets [Pair] (koppelen) om een nieuw apparaat te koppelen of druk op [Connect] (verbinden) om een (Vervolg) eerder gekoppeld apparaat te verbinden.
Koppelen via instellingen [PHONE] (telefoon)
Druk op de toets
Selecteer [Phone] (telefoon)
Telefoon koppelen
De volgende stappen zijn gelijk aan de stappen beschreven in het hoofdstuk
"Wanneer er geen apparaten zijn gekoppeld " .
OPMERKING
- Het koppelen van de telefoon duurt één minuut. Het koppelen mislukt als het apparaat niet binnen de gegeven tijd wordt gekoppeld. Als het koppelen mislukt, moet u het proces vanaf het begin opnieuw starten.
- Over het algemeen wordt bij de meeste apparaten met Bluetooth® Draadloze Technologie automatisch verbinding gemaakt als het koppelen eenmaal is voltooid. Voor sommige apparaten is mogelijk een afzonderlijke verificatie vereist om verbinding te kunnen maken. Controleer of Bluetooth® Draadloze Technologie goed is ingesteld op uw mobiele telefoon.
- U kunt de lijst van gekoppelde Bluetooth® Draadloze Technologie apparaten weergeven via [Phone]
(telefoon) [Paired Phone List] (lijst met gekoppelde telefoons).
Lijst met gekoppelde telefoons
Druk op de toets
Selecteer [Phone] (telefoon)
Selecteer [Paired Phone List] (lijst met
gekoppelde telefoons)
- Connected Phone (verbonden telefoon): apparaat dat momenteel is
verbonden.
- Paired Phone (gekoppelde telefoon): apparaat dat gekoppeld is
maar niet verbonden.
Een apparaat verbinden
In de lijst met gekoppelde telefoons selecteert u het toestel dat u wilt
verbinden, en drukt u op de toets [Connect] (verbinden) (1).
De verbinding met een apparaat verbreken
In de lijst met gekoppelde telefoons selecteert u het momenteel verbonden
toestel en drukt u op de toets [Disconnect] (verbreken) (2).
Een apparaat verwijderen
In de lijst met gekoppelde telefoons selecteert u het toestel dat u wilt
verwijderen en drukt u op de toets [Delete] (verwijderen) (3).
OPMERKING
- Wanneer u het momenteel verbonden apparaat verwijdert, wordt de verbinding met het apparaat automatisch verbroken om door te gaan met het verwijderen.
- Als een gekoppeld Bluetooth® Draadloze Technologie apparaat wordt verwijderd, worden ook de oproepgeschiedenis en de telefoonboekgegevens van het apparaat verwijderd.
- Als u een verwijderd apparaat opnieuw wilt gebruiken, moet u het apparaat weer koppelen.
Prioriteit veranderen
Er kunnen tot vijf Bluetooth® Draadloze Technologie apparaten aan het
audiosysteem gekoppeld worden Met de functie 'Prioriteit wijzigen' kunt
u de prioriteit van de gekoppelde telefoons instellen. De telefoon waar het
laatst verbinding mee is geweest, krijgt altijd de hoogste prioriteit In
de lijst met gekoppelde telefoons selecteert u het toestel dat u de hoogste
prioriteit wilt geven, en drukt u vervolgens op de toets [Change priority]
(prioriteit wijzigen) (4). Het geselecteerde apparaat krijgt de hoogste
prioriteit Als er een apparaat wordt verbonden, krijgt dat apparaat
altijd de hoogste prioriteit, zelfs als de hoogste prioriteit op dat
moment aan een ander apparaat is toegewezen.
Scherm met het telefoonmenu
Telefoonmenu's
Druk terwijl een Bluetooth® Draadloze Technologie apparaat verbonden is op
de toets om het scherm met het telefoonmenu
weer te geven.
- Dial Number (kies nummer): geeft het scherm weer met de toetsen
om een oproep te starten.
- Call History (oproepgeschiedenis): geeft het scherm met de
oproepgeschiedenis weer.
- Phone Book (telefoonboek): geeft de lijst met de vermeldingen
in het telefoonboek weer.
- Setup (instellingen): geeft de telefoongerelateerde instellingen
weer.
OPMERKING
- Als u op de toets [Call History]
(oproepgeschiedenis) drukt maar de oproepgeschiedenis bevat geen gegevens, wordt u gevraagd of u oproepgeschiedenisgegevens wilt downloaden.
- Als u op de toets [Phone book]
(telefoonboek) drukt
maar het telefoonboek bevat geen gegevens, wordt u gevraagd of u telefoonboekgegevens wilt downloaden.
- Deze functie wordt mogelijk niet op alle telefoons ondersteund. Raadpleeg voor meer informatie over ondersteuning voor de downloadfunctie de gebruikershandleiding van uw mobiele telefoon.
Bellen door een nummer te kiezen
- Numeriek toetsenblok: gebruikt u om een telefoonnummer in te
voeren.
- Oproep: als er een nummer is ingevoerd, wordt het nummer
gebeld.
- Beëindigen: wist het ingevoerde telefoonnummer.
- Delete (wissen): wist de ingevoerde nummers cijfer voor cijfer.
Oproep beantwoorden
Als u een oproep beantwoordt met een verbonden Bluetooth® Draadloze
Technologie apparaat, wordt het volgende scherm weergegeven.
- Caller (beller): de naam van de beller wordt weergegeven als
zijn gegevens in uw telefoonboek zijn opgeslagen.
- Incoming Number (binnenkomend nummer): geeft het binnenkomende
nummer weer.
- Accept (beantwoorden): beantwoordt de binnenkomende oproep.
- Reject (weigeren): weigert de binnenkomende oproep
OPMERKING
- Wanneer het pop upvenster van de binnenkomende oproep wordt weergegeven, zijn de meeste audio en instellingsfuncties uitgeschakeld. U kunt alleen het gespreksvolume wijzigen.
- Het telefoonnummer wordt op sommige mobiele telefoons mogelijk niet goed weergegeven.
- Wanneer u een oproep beantwoordt met de mobiele telefoon, wordt voor de oproep automatisch de privémodus ingesteld.
Tijdens een handsfree gesprek
- Caller (beller): de naam van de beller wordt weergegeven als
zijn gegevens in uw telefoonboek zijn opgeslagen.
- Incoming Number (binnenkomend nummer): geeft het binnenkomende
nummer weer.
- Call time (beltijd): geeft beltijd weer.
- Beëindigen: Het telefoongesprek wordt beëindigd.
- Private (privé): schakelt naar privé‐ modus.
- Out Vol. (uitgaand vol.): stelt het uitgaande gespreksvolume
in.
- Mute (geluid uit): schakelt de microfoon in of uit.
OPMERKING Als de microfoon is uitgeschakeld, kan de gesprekspartner uw stem niet horen.
Call History (oproepgeschiedenis)
Er wordt een lijst met binnenkomende, uitgaande en gemiste oproepen
weergegeven Druk op de toets [Download] (downloaden) om de
oproepgeschiedenis te downloaden.
- Call History (oproepgeschiedenis): Geeft recente oproepen
weer (oproepgeschiedenis). Maakt verbinding bij selectie.
- Download (downloaden): downloadt de recente oproepgeschiedenis.
OPMERKING
- In de oproepgeschiedenis worden maximaal 50 uitgaande, binnenkomende en gemiste oproepen weergegeven.
- Bij het downloaden van
oproepgeschiedenissen worden eerder opgeslagen geschiedenissen verwijderd.
- Binnenkomende oproepen met verborgen beller ID's worden niet in de oproepgeschiedenis opgeslagen.
- Eerder opgeslagen
telefoonboekvermeldingen worden opgeslagen, zelfs als de verbinding met een apparaat wordt verbroken en weer tot stand wordt gebracht.
- De downloadfunctie wordt op sommige mobiele telefoons mogelijk niet ondersteund. Controleer of het Bluetooth® Draadloze Technologie apparaat de downloadfunctie ondersteunt.
Telefoonboek
De lijst met opgeslagen telefoonboekvermeldingen wordt weergegeven. Druk
op de toets [Download] (downloaden) om de oproepgeschiedenis te downloaden.
- Contact List (lijst met contacten): Geeft de gedownloade
telefoonboekvermeldingen weer. Maakt verbinding bij selectie.
- Download (downloaden): Download de telefoonboekvermeldingen.
OPMERKING
- Er kunnen maximaal 1.000
telefoonboekvermeldingen naar het telefoonboek van de auto worden gekopieerd.
- Bij het downloaden van
telefoonboekgegevens worden eerder opgeslagen telefoonboekgegevens verwijderd.
- U kunt geen gegevens downloaden als de downloadfunctie van het telefoonboek is uitgeschakeld op het Bluetooth® Draadloze Technologie apparaat. Voor sommige apparaten is voor het downloaden van gegevens mogelijk verificatie vereist. Als u de gegevens niet op een normale manier kunt downloaden, controleert u de instelling van het Bluetooth® Draadloze Technologie apparaat of de status van het scherm.
- Informatie over de beller ID wordt niet weergegeven voor bellers die niet zijn opgeslagen.
- De downloadfunctie wordt op sommige mobiele telefoons mogelijk niet ondersteund. Controleer of het Bluetooth® Draadloze Technologie apparaat de downloadfunctie ondersteunt.
LESEN SIE MEHR:
Bellen met behulp van de stuurwieltoetsen
❈ De functies in het voertuig wijken mogelijk af van deze op de
afbeelding.
Schakelt het audiovolume uit.
Druk op de toets om de audiobron te wijzigen FM AM CD USB
(iPod®) AUX My Music (mijn muziek) BT Audio (Voor RDS model)
FM1 FM2 FMA AM AMA CD USB (iPod®) AUX My Music (mijn muziek) BT Audio.
Wordt gebruikt om het volume te regelen.
Kort indrukken
Bij kort indrukken in het telefoonscherm wordt het scherm
et de oproepgeschiedenis geopend Bij kort indrukken in het scherm
met de toetsen wordt een oproep gestart
Bij kort indrukken in het scherm met binnenkomende oproepen,
wordt de oproep beantwoord
Bij kort indrukken tijdens oproep in wacht, wordt naar de
oproep in wacht geschakeld
Wanneer er geen apparaten zijn gekoppeld
1. Druk op de toets of de
toets op de bedieningsorganen van het
stuurwiel. Het volgende scherm wordt weergegeven. 2. Druk op de toets
[OK] om het scherm van het aangemelde toestel in te schakelen.
Car Name (naam auto): naam van het apparaat dat wordt weergegeven
wanneer u zoekt vanaf uw Bluetooth® Draadloze Technologie apparaat
Passkey (wachtwoord): wachtwoord dat wordt gebruikt om het
apparaat te koppelen
Het multi-informatiedisplay verschaft de bestuurder uiteenlopende
rijgerelateerde
informatie, inclusief de actuele buitentemperatuur. Het multi-informatiedisplay
kan ook worden gebruikt voor het wijzigen van de display-instellingen en
andere instellingen.
Behalve F SPORT-uitvoeringen
Displayzone menu-iconen
Geeft de volgende zaken weer.