Instructieboekje, auto handleidingen

Bestuurderswaarschuwing gebruiken

Het systeem in- en uitschakelen

Zet het systeem aan of uit met behulp van het informatiedisplay.

Als het systeem actief is, bewaakt het hoe alert u bent op basis van uw rijgedrag ten opzichte van de rijstrookmarkeringen en andere factoren.

Systeemwaarschuwingen

N.B.:  Het systeem geeft geen waarschuwingen als u trager dan circa 64 km/h rijdt.

Het waarschuwingssysteem werkt in twee fasen. Eerst geeft het systeem een tijdelijke waarschuwing dat u moet rusten. Dit bericht verschijnt slechts gedurende een korte periode. Als het systeem detecteert dat u nog minder alert wordt tijdens het rijden, kan het een andere waarschuwing geven, die langer op het instrumentenpaneel blijft staan. U kunt op OK op de stuurwieltoets drukken om de waarschuwing te wissen.

Systeemdisplay

Wanneer het systeem actief is, werkt het automatisch op de achtergrond en geeft het uitsluitend een waarschuwing wanneer dat nodig is. U kunt de status te allen tijde bekijken met behulp van het informatiedisplay.

De mate van alertheid wordt weergegeven door zes stappen in een gekleurde balk.

Systeemdisplay

De huidige inschatting van uw alertheid ligt binnen het normale bereik.

Systeemdisplay

De huidige inschatting van uw alertheid wijst erop dat u moet rusten van zodra dat op een veilige manier mogelijk is.

De statusbalk verloopt van links naar rechts met het afnemen van het berekende alertheidsniveau. Naarmate de meter dichter bij het pictogram om te rusten komt, verandert de kleur van geel naar rood.

De gele positie wijst erop dat de eerste waarschuwing actief is en de rode positie wijst erop dat de tweede waarschuwing actief is.

N.B.:  Als u onlangs een waarschuwing hebt gekregen, moet u overwegen om te rusten, zelfs als de huidige inschatting binnen het normale bereik ligt.

N.B.:  Als de camerasensor de rijstrookmarkeringen niet kan detecteren of als uw rijsnelheid daalt onder ca. 64 km/h, verandert de mate van alertheid korte tijd naar grijs en meldt het informatiedisplay u dat het systeem niet beschikbaar is.

Het systeem resetten

U kunt het systeem als volgt resetten:
  • Zet het contact uit en aan.
  • Stop de auto en open en sluit het bestuurdersportier.

    LESEN SIE MEHR:

     Ford Mondeo Vijfde generatie (Mk5) - Instructieboekje (2013-2022) > Werkprincipe

    WAARSCHUWINGU bent steeds verantwoordelijk voor de bediening van uw auto. Het systeem is bedoeld als hulpmiddel en is ontheft de bestuurder niet van zijn plicht om tijdens het rijden voorzichtig en oplettend te zijn. Als u deze instructie niet opvolgt, kan dit leiden tot verlies van controle over de auto en al dan niet dodelijke verwondingen. Als de sensor is geblokkeerd, is het mogelijk dat het systeem niet werkt.

     Ford Mondeo Vijfde generatie (Mk5) - Instructieboekje (2013-2022) > Systeem hulp bij blijven rijden op rijstrook

    WAARSCHUWINGU bent steeds verantwoordelijk voor de bediening van uw auto. Het systeem is bedoeld als hulpmiddel en is ontheft de bestuurder niet van zijn plicht om tijdens het rijden voorzichtig en oplettend te zijn. Als u deze instructie niet opvolgt, kan dit leiden tot verlies van controle over de auto en al dan niet dodelijke verwondingen. Rijd altijd voorzichtig en oplettend wanneer u de bedieningselementen en functies van uw auto bedient.

     KIA Optima (JF) - Instructieboekje (2015-2020) > Accu laden

    Uw auto is uitgerust met een onderhoudsvrije accu. Laad de accu gedurende 10 uur met behulp van een druppellader wanneer de accu in een kort tijd leeggeraakt is (bijvoorbeeld doordat de lampen of interieurverlichting zijn blijven branden terwijl de motor uit was). Wanneer de accu geleidelijk ontlaadt door een hoge elektrische belasting tijdens het rijden, moet deze gedurende 2 uur met een stroomsterkte van A worden opgeladen.