Displayopties
Als u deze functie inschakelt, verschijnt er een bevestigingsbericht op
het display.
Als u deze functie uitschakelt, verschijnt er een dialoogvenster op het
display, waarin u een gesproken herinnering kunt instellen.
Uit met een gesproken herinnering zorgt voor een herinnering in de
display en een gesproken herinnering wanneer uw gsm wordt aangesloten en
het contact wordt ingeschakeld.
Uit zonder een gesproken herinnering zorgt alleen voor een herinnering
in de display wanneer uw gsm wordt aangesloten.
Voor een correcte werking van Emergency Assistance:
- Het systeem moet van spanning worden voorzien en correct werken ten
tijde van de aanrijding en gedurende de activering en het gebruik van de
functie.
- U moet de functie inschakelen voor een botsing.
- Er moet een mobiele telefoon op het systeem aangesloten zijn.
- In bepaalde landen kan het nodig zijn om een geldige en
geregistreerde SIM-kaart met belkrediet te hebben om een noodoproep te
plaatsen en uit te voeren.
- Een aangesloten mobiele telefoon moet ten tijde van het ongeval een
oproep kunnen verrichten.
- De netwerkdekking, batterijlading en signaalsterkte van de
aangesloten mobiele telefoon moeten voldoende zijn.
- Uw auto moet over accuspanning beschikken.
N.B.: Deze functie werkt
alleen in landen of regio's waar SYNC Emergency Assistance de lokale
hulpdiensten kan bellen. Ga naar uw lokale Ford website voor meer
informatie.
LESEN SIE MEHR:
WAARSCHUWINGVoor de werking van deze functie moet uw mobiele telefoon over
Bluetooth beschikken en compatibel zijn met het systeem.
Zorg ervoor dat uw telefoon zich op een veilige plek in uw auto
bevindt, zodat deze bij een botsing niet wordt rondgeslingerd of
beschadigd raakt. Als dit niet gebeurt, kan dit tot ernstige
verwondingen of beschadiging van de telefoon leiden, waardoor Emergency
Assistance mogelijk niet correct werkt.
N.B.: Niet bij elke botsing
wordt de airbag geactiveerd of de brandstofpomp uitgeschakeld (waardoor
Emergency Assistance kan worden ingeschakeld). Als de Emergency
Assistance echter geactiveerd wordt, probeert het systeem contact op te
nemen met de noodhulpdiensten. Als een verbonden mobiele telefoon
beschadigd is of de verbinding met het systeem wordt verbroken, zoekt
het en probeert het verbinding te maken met een beschikbare reeds
gekoppelde mobiele telefoon. Het systeem probeert een noodoproep uit te
voeren.
N.B.: Wijzigingen of
modificaties zonder nadrukkelijke toestemming van de verantwoordelijke
partij kunnen veroorzaken dat de productgoedkeuring vervalt.Het typische zendbereik voor uw zender is ca. 10 m.
Een afname van het zendbereik kan worden veroorzaakt door:
weersomstandigheden
radiotorens in de buurt
gebouwen rond de auto
andere geparkeerde auto's naast de auto.
De radiofrequentie van de afstandsbediening kan ook worden gebruikt door
andere radiozenders, bijvoorbeeld zendamateurs, medische apparatuur,
draadloze hoofdtelefoons, draadloze afstandsbedieningen, mobiele
telefoons, acculaders en alarmsystemen. Als de frequenties worden
gestoord, kunt u uw afstandsbediening niet meer gebruiken. U kunt de
portieren met de sleutel ver- en ontgrendelen.