Instructieboekje, auto handleidingen

Gebruik van de mechanische sleutel

Druk op het ontgrendelknopje om de mechanische sleutel uit de elektronische sleutel te halen.

De mechanische sleutel kan maar in één richting ingestoken worden, aangezien slechts één zijde van de sleutel van een groef is voorzien. Als u de sleutel niet in de slotcilinder kunt steken, draait u de sleutel om en probeert u het opnieuw.

Bewaar de mechanische sleutel na gebruik in de elektronische sleutel. Zorg dat u de mechanische sleutel en de elektronische sleutel bij u hebt. Als de batterij van de elektronische sleutel leeg is of de instapfunctie niet goed werkt, bent u op de mechanische sleutel aangewezen.

Informatie over sleutels

■ Sleutelkaart (indien aanwezig)

  • De sleutelkaart is niet waterdicht.
  • De mechanische sleutel die zich in de sleutelkaart bevindt, mag uitsluitend in noodgevallen worden gebruikt, bijvoorbeeld wanneer de elektronische sleutel niet goed werkt.
  • Als de mechanische sleutel moeilijk te verwijderen is, druk dan het vergrendelknopje met een ballpoint of iets dergelijks naar beneden. Als het dan nog steeds moeilijk is om de sleutel er uit te trekken, gebruik een muntstuk of iets dergelijks.
  • Om de mechanische sleutel te bewaren, schuift u hem in de sleutelkaart terwijl u de ontgrendelknop indrukt.

Informatie over sleutels

  • Als het afdekkapje niet is geplaatst en de batterij valt uit de sleutelkaart, of de batterij is verwijderd omdat de sleutelkaart nat is geworden, plaatst u de batterij terug met de positieve zijde (+) naar het Lexus-embleem.

Informatie over sleutels

■Wanneer u de sleutel van de auto moet achterlaten bij een parkeerwachter Schakel het beveiligingssysteem van de bagageruimte in en vergrendel indien nodig het dashboardkastje.

Verwijder de mechanische sleutel voor eigen gebruik en geef alleen de elektronische sleutel aan de parkeerwachter.

■ Als u uw mechanische sleutels verliest Een erkende Lexus-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige kan een nieuwe originele mechanische sleutel maken met behulp van de andere originele mechanische sleutel en het sleutelnummer op uw plaatje met sleutelnummer. Bewaar het plaatje met het sleutelnummer op een veilige plaats buiten de auto, bijvoorbeeld in uw portemonnee.

■ Aan boord van een vliegtuig Zorg ervoor dat u aan boord van een vliegtuig niet op de toetsen van de elektronische sleutel drukt. Zorg ervoor dat de toetsen niet per ongeluk ingedrukt kunnen worden als u de elektronische sleutel in bijvoorbeeld een tas hebt opgeborgen. Bij het indrukken van de toetsen kan de elektronische sleutel radiogolven uitzenden die de bediening van het vliegtuig kunnen beïnvloeden.

■ Leegraken batterij elektronische sleutel

  • De standaard levensduur van de batterij is 1 - 2 jaar. (De batterij in de sleutelkaart heeft een levensduur van ongeveer anderhalf jaar.)
  • Als de batterij bijna leeg is, klinkt een waarschuwingssignaal in de auto als het hybridesysteem wordt uitgeschakeld.
  • Omdat de elektronische sleutel altijd radiogolven ontvangt, raakt de batterij ook ontladen wanneer de elektronische sleutel niet wordt gebruikt. De volgende symptomen geven aan dat de batterij van de elektronische sleutel mogelijk ontladen is. Vervang de batterij indien nodig.
    • Het Smart entry-systeem met startknop of de afstandsbediening werkt niet.
    • Het detectiegebied wordt kleiner.
    • Het ledcontrolelampje in de sleutel gaat niet branden.
  • Houd, om de levensduur van de batterij niet nodeloos te bekorten, de elektronische sleutel op een afstand van minimaal 1 m van de volgende elektrische apparaten met een magnetisch veld:
    • Televisietoestellen
    • Computers
    • Mobiele telefoons, draadloze telefoons en batterijladers
    • Oplaadapparatuur voor draadloze en mobiele telefoons
    • Tafellampen
    • Inductiekookplaten

■ Batterij vervangen

■ Bevestiging van het aantal geregistreerde sleutels Het aantal al geregistreerde sleutels kan worden bevestigd. Neem voor meer informatie contact op met een erkende Lexus-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

■ Als een verkeerde sleutel wordt gebruikt De slotcilinder zal vrij kunnen draaien.

OPMERKING

■ Voorkomen van beschadiging van de sleutel

  • Laat de sleutels niet vallen, stel ze niet bloot aan sterke schokken en buig ze niet.
  • Stel de sleutels niet langdurig bloot aan hoge temperaturen.
  • Voorkom dat de sleutels nat worden en reinig ze niet in een ultrasoon reinigingsbad of iets dergelijks.
  • Bevestig geen metaalhoudende of magnetische voorwerpen aan de sleutels en houd de sleutels uit de buurt van dergelijke voorwerpen.
  • Haal de sleutels niet uit elkaar.
  • Plak geen stickers o.i.d. op het oppervlak van de elektronische sleutel.
  • Houd de sleutels uit de buurt van apparaten die magnetische velden opwekken (bijvoorbeeld televisietoestellen, audiosystemen, inductiekookplaten en medische apparatuur, zoals laagfrequente therapeutische uitrusting).

■ De elektronische sleutel bij u dragen Houd de elektronische sleutel altijd ten minste 10 cm uit de buurt van ingeschakelde elektrische apparaten. Radiogolven die worden uitgezonden door elektrische apparaten die zich minder dan 10 cm van de elektronische sleutel vandaan bevinden, kunnen de correcte werking van de sleutel hinderen.

■ In geval van storingen in het Smart entry-systeem met startknop of andere problemen met de sleutel Breng uw auto, inclusief alle elektronische sleutels die bij uw auto zijn geleverd en de sleutelkaart, naar een erkende Lexus-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

 

OPMERKING

■Wanneer u een elektronische sleutel verliest Als de elektronische sleutel zoek blijft, wordt het risico aanzienlijk groter dat de auto wordt gestolen. Ga onmiddellijk met alle overgebleven elektronische sleutels en de sleutelkaart die bij uw auto zijn geleverd naar een erkende Lexus-dealer of hersteller/ reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

■ Omgaan met de sleutelkaart

  • Oefen geen overmatige kracht uit bij het terugplaatsen van de mechanische sleutel in de sleutelkaart. Anders kan de sleutelkaart beschadigd raken.
  • Als de batterij of de sleutelkaart nat wordt, kan de batterij gaan corroderen.

    Als de sleutelkaart in het water is gevallen of als vloeistof op de sleutel is gemorst, verwijder dan zo snel mogelijk het afdekkapje van de batterij en droog de batterij en de contactpunten af. (Pak het batterij-afdekkapje voorzichtig vast en trek het omhoog om het te verwijderen.) Als de batterij gecorrodeerd is, laat hem dan vervangen door een erkende Lexus-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.

  • Druk het afdekkapje niet in en gebruik geen schroevendraaier om het te verwijderen.

    Wanneer het afdekkapje geforceerd wordt verwijderd, kan de sleutel verbuigen of beschadigd raken.

  • Als het afdekkapje van de batterij vaak wordt verwijderd, kan het los gaan zitten.
  • Zorg ervoor dat de batterij in de juiste richting geplaatst wordt.

    Als de batterij verkeerd om geplaatst wordt, kan deze snel ontladen raken.

  • In de volgende gevallen kan het oppervlak van de sleutelkaart beschadigd raken of de coating loslaten:
    • De sleutelkaart wordt in de nabijheid van harde voorwerpen gehouden, zoals muntstukken of sleutels.
    • De sleutelkaart wordt bekrast door een scherp voorwerp, zoals de punt van een vulpotlood.
    • Het oppervlak van de sleutelkaart wordt gereinigd met thinner of wasbenzine.

    LESEN SIE MEHR:

     Lexus IS 300h (XE30) - Instructieboekje (2016-2020) > De sleutels

    Bij de auto worden de volgende sleutels geleverd. Elektronische sleutels - Bedienen van het Smart entry-systeem met startknop - Gebruik van de afstandsbedieningsfunctie Mechanische sleutels Plaatje met sleutelnummer Sleutelkaart (elektronische sleutel) (indien aanwezig)

     Lexus IS 300h (XE30) - Instructieboekje (2016-2020) > Openen, sluiten en vergrendelen van de portieren en de achterklep

     KIA Optima (JF) - Instructieboekje (2015-2020) > Normaal onderhoudsschema Voor dieselmotor [Uitgezonderd Europa (Inclusief Rusland)]

    Onderstaand onderhoud moet worden uitgevoerd voor een goede emissieregeling en goede prestaties. Bewaar voor behoud van de garantie kwitanties van al het uitgevoerde onderhoud aan emissiesystemen. Wanneer zowel de gereden afstand als de tijd wordt aangegeven, is de onderhoudsfrequentie afhankelijk van wat het eerste wordt bereikt. NR.  ONDERWERP  OPMERKING  *1  Koelvloeistof (motor)  Vul het koelsysteem alleen bij met gedestilleerd of gedemineraliseerd water en vul het koelsysteem niet bij met gewoon kraanwater. Een onjuist koelvloeistofmengsel kan storingen en schade aan de motor veroorzaken.  *2  Aandrijfriemen (motor)  Stel de aandrijfriem van de dynamo, de waterpomp en de airconditioning (indien van toepassing) af. Controleren en indien nodig repareren of vervangen. Controleer de riemspanner, geleiderol en dynamopoelie en stel deze indien nodig bij of vervang ze  *3  Vloeistof van transmissie met dubbele koppeling (DCT)  De vloeistof van de transmissie met dubbele koppeling (DCT) dient elke keer nadat ze in aanraking is gekomen met water te worden vervangen.  *4  Motorolie en oliefilter  Controleer het motoroliepeil elke 500 km of voor een lange reis en controleer op lekkage.  *5  Motorolie en oliefilter (voor dieselmotor)  Als de aanbevolen olie niet beschikbaar is, ververs dan de motorolie, met vervanging van het filter, iedere 20.000 km of 12 maanden. Het motoroliepeil moet regelmatig gecontroleerd en op peil gehouden worden. Door een te laag oliepeil kan motorschade ontstaan. Dergelijke schade valt niet onder de fabrieksgarantie. Dit onderhoudsschema is afhankelijk van de brandstofkwaliteit Het is alleen van toepassing bij gebruik van geschikte brandstof <"EN590 of gelijkwaardig">. Als de specificaties van de dieselbrandstof niet voldoen aan de Europese EN normen, moet het filter volgens het onderhoudsschema voor zware omstandigheden worden vervangen.  *6  Brandstofadditieven (benzine)  Wij raden u aan loodvrije benzine te tanken met een octaangetal van RON (Research Octane Number) 95/AKI (Anti Klop Index) van 91 of hoger (Europa) of een octaangetal van RON (Research Octane Number) 91/AKI (Anti Klop Index) van 87 of hoger (behalve Europa) Klanten die niet de beschikking hebben over kwalitatief hoogwaardige brandstoffen met de juiste additieven worden geadviseerd elke 15 000 km (Europa)/10 000 km (behalve Europa) een fles additieven toe te voegen aan de brandstoftank als er problemen zijn met het starten of soepel draaien van de motor. Bij een professionele werkplaats zijn additieven verkrijgbaar met de daarbij behorende gebruiksinstructies. Kia raadt aan om een officiële Kiadealer/ servicepartner te bezoeken. Gebruik nooit meerdere additieven tegelijk.  *7  Brandstoffilterelement (dieselmotor)  Dit onderhoudsschema is afhankelijk van de brandstofkwaliteit Het is alleen van toepassing bij gebruik van geschikte brandstof <"EN590 of gelijkwaardig">. Als de specificaties van de dieselbrandstof niet voldoen aan de Europese EN normen, moet het filter vaker worden vervangen Als er belangrijke storingen met betrekking tot de veiligheid optreden zoals beperkte brandstofdoorvoer, haperen van de motor, vermogensverlies, startproblemen, enz., vervang dan het brandstoffilter onmiddellijk ongeacht het onderhoudsschema Raadpleeg ook een professionele werkplaats Kia raadt aan om een officiële Kia dealer/servicepartner te raadplegen.  *8  Versnellingsbakolie  Versnellingsbakolie dient elke keer nadat het in aanraking is gekomen met water te worden vervangen  *9  Klepspeling  Controleer op vreemde bijgeluiden en/of motortrillingen en stel indien nodig af Laat het systeem in dat geval nakijken door een professionele werkplaats. Kia raadt aan om een officiële Kia dealer/ servicepartner te bezoeken.  *10  Bougie  Kan ook eerder vervangen worden als u toch onderhoud uitvoert aan andere onderdelen