WAARSCHUWING
Laat de motor niet stationair draaien of parkeer de auto niet op droge bladeren, droog gras of ander brandbaar materiaal. Het regeneratieproces werkt met bijzonder hoge uitlaatgastemperaturen en na het afzetten van de motor en tijdens en na regeneratie blijft de uitlaat een aanzienlijke hoeveelheid hitte uitstralen. Dit kan brandgevaar opleveren.De normale bedrijfstemperatuur van het uitlaatsysteem is bijzonder hoog. Voer nooit werkzaamheden uit in de buurt van het uitlaatsysteem en probeer geen delen van het uitlaatsysteem te repareren voordat het uitlaatsysteem is afgekoeld. Wees bijzonder voorzichtig wanneer u werkzaamheden uitvoert in de buurt van de dieseloxidatiekatalysator of het roetfilter. Zelfs wanneer de motor nog maar kort in bedrijf is geweest, worden de dieseloxidatiekatalysator en het roetfilter al extreem heet. Ze blijven heet nadat u de motor uitschakelt.
Waarschuwingslamp roetfilter.Indien het roetfilter bijna of volledig verzadigd is, wordt de waarschuwingslamp weergegeven om u aan te raden de handmatige regeneratie van het roetfilter te starten.
Voordat u handmatige regeneratie start, doet u het volgende:Indien bij het gebruik van de auto de motor aanzienlijk veel stationair draait, de rijsnelheid vaak minder is dan 40 km/h of veelvuldig korte afstanden worden gereden waarbij de motor niet volledig op bedrijfstemperatuur komt, kunt u met handmatige regeneratie de reiniging van het roetfilter starten wanneer de motor stationair draait.
Gebruik de handmatige regeneratiefunctie in de volgende situaties:N.B.: Tijdens regeneratie bij een laag toerental of stationaire motor kan een hete metaalachtige lucht worden geroken en is wellicht een klikkend metaalachtig geluid hoorbaar.Dit wordt veroorzaakt door de tijdens het regeneratieproces bereikte hoge temperaturen. Dit is normaal.
Handmatige regeneratie startenU kunt handmatig regeneratie alleen starten via het informatiedisplay terwijl de motor op normale bedrijfstemperatuur draait.
N.B.: Tijdens het gebruik van handmatige regeneratie ziet u mogelijk een kleine hoeveelheid witte rook. Dit is normaal.N.B.: Indien u een pedaal intrapt tijdens handmatige regeneratie, kan de motor worden uitgeschakeld. Om het uitlaatsysteem te beschermen, kunt u de motor wellicht 10 minuten lang niet opnieuw starten.
Als er een waarschuwing brandt, kunt u mogelijk geen handmatige regeneratie starten.Om handmatige regeneratie te starten, bladert u vanuit het hoofdmenu naar:
Mededeling | Actie en omschrijving |
---|---|
Instellingen | Druk op de toets OK of op de pijl naar rechts. |
Uitlaatfilter vol Snel reinigen | Druk op de toets OK of op de pijl naar rechts. |
Selecteer het volgende: | |
Limiet roet- filter bereikt Nu reinigen | Druk op de toets OK of op de pijl naar rechts. Volg zo nodig de instructies over de uitlaatstand om de handmatige regeneratie te starten. Zorg dat u elke instructie goed begrijpt. Het informatiedisplay bevestigt dat de regeneratie is gestart en wanneer deze voltooid is. |
Uitlaatfilter overvol Nu reinigen | Druk op de toets OK of op de pijl naar rechts. Volg zo nodig de instructies over de uitlaatstand om de handmatige regeneratie te starten. Zorg dat u elke instructie goed begrijpt. Het informatiedisplay bevestigt dat de regeneratie is gestart en wanneer deze voltooid is. |
N.B.: U kunt de handmatige regeneratie niet gebruiken voordat het belastingspercentage van het roetfilter 100 procent heeft bereikt. Het belastingspercentage van het roetfilter fluctueert tijdens het rijden door automatische regeneratie.
Wanneer u de handmatige regeneratie start, neemt het motortoerental toe tot circa 2000-2500 omw/min en stijgt de snelheid van de koelventilator. Tijdens het regeneratieproces kunt u merken dat de motor meer lawaai maakt doordat de koelventilator en het motortoerental toenemen.Afhankelijk van de hoeveelheid roetdeeltjes die door het roetfilter zijn verzameld, varieert het regeneratieproces, afhankelijk van de buitentemperatuur en de hoogte. Handmatige regeneratie kan tot 40 minuten duren.
Wanneer de handmatige regeneratie voltooid is, gaan de koelventilator en het motortoerental weer normaal stationair draaien. Na afloop van elke regeneratie blijft het uitlaatsysteem enkele minuten lang erg heet. Verplaats de auto niet boven droge bladeren, droog gras of ander brandbaar materiaal, voordat het uitlaatsysteem voldoende tijd heeft gehad om af te koelen.Handmatige regeneratie onderbreken of annuleren
U kunt de handmatige regeneratie onderbreken of annuleren door de motor uit te zetten. U kunt handmatige regeneratie wellicht onderbreken of annuleren door een pedaal in te trappen.N.B.: Om het uitlaatsysteem te beschermen, kunt u de motor wellicht 10 minuten lang niet opnieuw starten.
Afhankelijk van hoelang de handmatige regeneratie heeft gewerkt, is het mogelijk dat er onvoldoende tijd was om de roetdeeltjes te verwijderen. Na de regeneratie kan het uitlaatsysteem nog enkele minuten lang erg heet zijn.Als u de motor hebt uitgeschakeld tijdens handmatige regeneratie, zal u merken dat er turboflutter optreedt. Dit is een normaal gevolg van het uitschakelen van een dieselmotor tijdens gebruik van de turbocompressor.
Handmatige regeneratie met automatische regeneratieregelingIndien bij het gebruik van de auto de motor aanzienlijk veel stationair draait, vaak met lage rijsnelheden van minder dan 40 km/h wordt gereden of veelvuldig korte afstanden worden gereden waarbij de motor niet volledig op bedrijfstemperatuur komt, is het mogelijk dat het roetfilter onvoldoende wordt gereinigd door automatische regeneratie. U kunt het automatische regeneratieproces uitschakelen totdat u de mogelijkheid hebt om met uw auto te rijden op een wijze die doeltreffende reiniging toelaat, bijvoorbeeld door circa 20 minuten lang met een constante rijsnelheid van 48 km/h of hoger te rijden. Vervolgens kunt u de automatische regeneratie weer inschakelen om het roetfilter te reinigen.
Om de automatische regeneratieregeling in en uit te schakelen, bladert u vanuit het hoofdmenu naar:
Mededeling | Actie en omschrijving |
---|---|
Informatie | Druk op de toets OK of op de pijl naar rechts. |
Bestuurd. ass. | Druk op de toets OK of op de pijl naar rechts. |
Automatische uitlaatreiniging uit | Vink het vakje aan om automatische regeneratie uit te schakelen. Verwijder het vinkje om automatische regeneratie in te schakelen. |