Interieurverlichting achteraan
Type 1
Type 2
Type 3
Druk op de knop om de lampen in of uit te schakelen.
LESEN SIE MEHR:
N.B.:
De schakelaars van de
interieurverlichting vooraan bevinden zich in de dakconsole. De exacte
locatie van elke knop op de dakconsole is afhankelijk van de kenmerken
van uw voertuig.
N.B.: Druk op de vereiste
knop om de portierfunctie uit te schakelen wanneer u een portier opent.
Als de portierfunctie is uitgeschakeld en u een portier opent, blijven
de instapverlichting en de portierlampen uit. De controlelamp brandt
geel als de portierfunctie is uitgeschakeld.
Selecteer het volgende met behulp van het aanraakscherm:
Selecteer de instellingenoptie in de functiebalk.
Selecteer sfeerverlichting.
Voorwaarden voor gebruik
Het controlelampje in de schakelaar gaat branden wanneer het Blind Spot
Detection systeem (BSD) wordt ingeschakeld terwijl het contact in stand ON
staat. Het systeem wordt geactiveerd als de rijsnelheid hoger is dan 30 km/h
Als u de toets opnieuw indrukt, gaat het controlelampje uit en wordt het
systeem uitgeschakeld Het systeem keert terug naar de vorige stand
wanneer het contact in stand OFF en vervolgens weer in stand ON wordt
gezet Schakel het systeem uit door de schakelaar in te drukken wanneer
het systeem niet in gebruik is Als het systeem wordt ingeschakeld,
brandt er gedurende 3 seconden een Waarschuwingslampje in de buitenspiegel.