Instructieboekje, auto handleidingen

Plafonniers

Plafonniers

  1. Plafonnier vóór
  2. Kaartleeslampjes vóór
  3. Kaartleeslampjes achter
  4. Sfeerverlichting

Plafonnier vóór

In deze stand gaat de interieurverlichting geleidelijk branden:

  • als de auto wordt ontgrendeld,
  • als de sleutel uit het contact wordt verwijderd,
  • als een portier wordt geopend,
  • als op de vergrendelingsknop van de afstandsbediening wordt gedrukt om de auto te lokaliseren.

De interieurverlichting gaat geleidelijk uit:

  • als de auto wordt vergrendeld,
  • als het contact wordt aangezet,
  • 30 seconden na het sluiten van het laatste portier.

Permanent uit.

Permanent aan.

In de stand "interieurverlichting permanent ingeschakeld", blijft de interieurverlichting afhankelijk van de omstandigheden gedurende een bepaalde tijd branden:
  • bij afgezet contact: ongeveer 10 minuten,
  • in de eco-mode: ongeveer 30 seconden,
  • bij draaiende motor: onbeperkt.

Kaartleeslampjes vóór en achter

  • Druk bij aangezet contact op de desbetreffende schakelaar.

Als plafonnier vóór in de stand "interieurverlichting permanent ingeschakeld" staat, branden ook de kaartleeslampjes achter, behalve als deze in de stand "Permanent uit" staan.

U kunt de kaartleeslampjes achter vanaf de zitplaatsen vóór uitschakelen om bijvoorbeeld slapende passagiers niet te storen. De achterpassagiers kunnen echter altijd zelf de kaartleeslampjes inschakelen.

Zorg ervoor dat er geen voorwerpen in contact zijn met de plafonniers.

    LESEN SIE MEHR:

     Peugeot 508 Eerste generatie - Instructieboekje (2011-2018) > 12V-aansluiting

    Open, wanneer u een 12V-accessoire (maximaal vermogen: 120 W) wilt aansluiten, het kapje en sluit een geschikte adapter aan. Houd u aan het maximaal toegestane vermogen om schade aan uw apparatuur te voorkomen.

     Peugeot 508 Eerste generatie - Instructieboekje (2011-2018) > Sfeerverlichting

    De gedempte interieurverlichting verbetert het zicht in de auto als deze zich in een donkere omgeving bevindt.

     Citroen DS5 - Instructieboekje (2011-2018) > Inschakelen

    Druk op deze knop: het verklikkerlampje gaat branden. Sensoren in de voor- en achterbumper controleren de dode hoek van de auto. Indien een persoon, een fietser of een voertuig zich in de dode hoek van het voertuig bevindt, zal er een waarschuwingslamp gaan branden in de linker- of rechterbuitenspiegel (afhankelijk van de situatie) onder de volgende voorwaarden: alle voertuigen gaan dezelfde kant op, de snelheid van uw auto ligt tussen 12 km/h en 140 km/h, het snelheidsverschil met de auto die u aan het inhalen bent, is kleiner dan 10 km/h, het snelheidsverschil met de auto waardoor u wordt ingehaald, is kleiner dan 25 km/h, de verkeersstroom is vloeiend, de inhaalmanoeuvre duurt langer dan normaal, doordat het ingehaalde voertuig zich blijft ophouden in de dode hoek, u rijdt in een rechte lijn of flauwe bocht, uw auto trekt geen aanhanger of caravan...