Reservewiel verwijderen en opbergen
Draai de bevestigingsbout van het wiel linksom Plaats het wiel in
omgekeerde volgorde van verwijderen Plaats het reservewiel en het
gereedschap op de juiste wijze terug om te voorkomen dat ze tijdens het
rijden gaan rammelen.
Als het moeilijk is om de bevestigingsbout van het wiel los met de hand
los te draaien, kunt u het gemakkelijk losdraaien met de krikslinger.
- Plaats de krikslinger (1) in de bevestigingsbout van het wiel.
- Draai de bevestigingsbout van het wiel linksom met de
krikslinger.
LESEN SIE MEHR:
Het reservewiel, de krik, de krikslinger en de wielmoersleutel zijn
opgeborgen in de bagageruimte Til de afdekplaat omhoog om het gereedschap
te kunnen bereiken.
Krikslinger
Krik
Wielmoersleutel
Plaats de auto op een stevige en vlakke ondergrond en trek de
parkeerrem stevig aan.
Zet de versnellingspook in de achteruitversnelling (handgeschakelde
transmissie) of zet de selectiehendel in stand P (parkeren) (automatische
of dual clutch transmissie).
Schakel de alarmknipperlichten in.
Neem de wielmoersleutel, de krik, de krikslinger en het reservewiel
uit de auto.
Plaats wielblokken voor en achter het wiel dat zich diagonaal
tegenover het te verwisselen wiel bevindt.
Wijzigen van een
geprogrammeerde snelheid
Druk op de toets "MENU" om naar het
algemene menu te gaan.
Selecteer het menu "Persoonlijke instelling -
configuratie" en bevestig uw keuze.
Selecteer het menu "Parameters auto" en
bevestig uw keuze.
Selecteer "Hulp bij het rijden" en bevestig uw keuze.
Selecteer "Geprogrammeerde snelheden"
en bevestig uw keuze.
Selecteer de te wijzigen geprogrammeerde
snelheid en bevestig uw keuze.
Wijzig de snelheid en bevestig uw keuze.
Selecteer "OK" en bevestig dit om de
wijzigingen op te slaan.
Om veiligheidsredenen mogen de
geprogrammeerde snelheden alleen
worden gewijzigd als de auto stilstaat.