Bedien, om de ingestelde snelheid te wijzigen, de hendel totdat de gewenste snelheid wordt bereikt.
Fijnafstelling: Beweeg de hendel kort in de gewenste richting.
Ruime afstelling: Houd de hendel in de gewenste richting gedrukt.
De ingestelde snelheid wordt als volgt verhoogd of verlaagd: Fijnafstelling: Met ongeveer 1,6 km/h, telkens als de hendel wordt bediend.
Ruime afstelling: De ingestelde snelheid wordt continu verhoogd of verlaagd totdat de hendel wordt losgelaten.
Uitschakelen en hervatten van de constante-snelheidsregeling
De snelheidsregeling wordt eveneens onderbroken als het rempedaal wordt ingetrapt.
Hervatten is mogelijk vanaf een rijsnelheid van hoger dan ongeveer 40 km/h.
■ De cruise control kan worden gebruikt als
■ Accelereren na het instellen van de rijsnelheid
■ Automatisch uitschakelen van de cruise control De snelheidsregeling door de cruise control wordt in de volgende gevallen onderbroken:
In dit geval blijft de geprogrammeerde snelheid niet bewaard.
■ Als de waarschuwingsmelding voor de cruise control op het multi-informatiedisplay wordt weergegeven Druk eenmaal op de toets ON-OFF om het systeem uit te schakelen en druk vervolgens opnieuw op de toets om het systeem in te schakelen.
Als er geen snelheid kan worden geprogrammeerd of de cruise control direct na het activeren weer wordt uitgeschakeld, is er mogelijk een defect in het cruise control-systeem aanwezig. Laat de auto controleren door een erkende Lexus-dealer of hersteller/ reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige.
WAARSCHUWING ■ Onbedoeld inschakelen van de cruise control voorkomen Schakel de cruise control uit met de toets ON/OFF als deze niet wordt gebruikt. ■ Situaties die niet geschikt zijn voor gebruik van de cruise control Gebruik de cruise control niet in de volgende situaties. Als u dat wel doet, verliest u mogelijk de controle waardoor een ongeval met ernstig letsel kan ontstaan.
|