Handmatig schakelen
- Zet na het starten de selectiehendel in de
stand M om de handbediende stand in te
schakelen.
- Bedien de flippers + of -.
De aanduiding AUTO
verdwijnt en
de achtereenvolgens ingeschakelde
versnellingen worden weergegeven op
het display van het instrumentenpaneel.
Het schakelen naar een andere versnelling is
alleen mogelijk als de snelheid van de auto en het
motortoerental dit toestaan.
Het is niet noodzakelijk om bij het schakelen het
gaspedaal los te laten.
Bij het remmen of het verminderen van de snelheid
schakelt de versnellingsbak automatisch terug,
zodat de juiste versnelling is geselecteerd op het
moment dat u het gaspedaal weer intrapt.
Als bij stapvoets rijden de achteruitversnelling
wordt geselecteerd, wordt deze pas
ingeschakeld als de auto volledig tot stilstand
is gekomen (rempedaal ingetrapt). Op het
display van het instrumentenpaneel wordt
een pictogram weergegeven.
Als bij stapvoets rijden de achteruitversnelling
wordt geselecteerd, wordt deze pas
ingeschakeld als de auto volledig tot stilstand
is gekomen (rempedaal ingetrapt). Op het
display van het instrumentenpaneel wordt
een pictogram weergegeven.
In de handbediende stand wordt bij krachtig
accelereren de hoogste versnelling niet
ingeschakeld als de bestuurder de flippers
achter het stuurwiel niet bedient.
Selecteer de neutraalstand N nooit tijdens
het rijden.
Selecteer de achteruitversnelling (stand R)
uitsluitend als de auto volledig stilstaat en de
voet op het rempedaal wordt gehouden.
LESEN SIE MEHR:
Start de auto en selecteer de stand A om
de parkeerrem op automatische bediening
te zetten.
Op het display van het
instrumentenpaneel
verschijnen de aanduiding AUTO en de
ingeschakelde versnelling.
Druk na het selecteren van de
handbediende of de automatische
stand op de knop S om de Sportstand
in te schakelen. Deze stand
is bij uitstek geschikt voor een meer
dynamische rijstijl.
Dit menu biedt toegang tot uw Bluetooth-apparaten. Gebruik de
pijltoetsen om door de menu-opties te scrollen. Via het menu
kunt u apparaten toevoegen, verbinden en verwijderen en een
mobiele telefoon als primaire telefoon instellen.Menu-opties Bluetooth-apparaten
Druk op de toets PHONE.
Navigeer tot de optie voor Bluetooth-apparaten verschijnt en
druk vervolgens op de toets OK.
Scrol om een van de volgende opties te selecteren:
Menu-item
Actie en
omschrijving
Toevg.
Extra mobiele
telefoons aan het systeem koppelen.
Selecteer de optie Toevoegen om de
koppelingsprocedure te starten.
Wanneer een bericht voor het beginnen met
koppelen in het display van de audio-unit wordt
weergegeven, zoekt u naar SYNC op uw mobiele
telefoon. Raadpleeg zo nodig de handleiding van het
apparaat.
Selecteer SYNC op uw mobiele telefoon.
Wacht tot de pincode verschijnt op het
telefoondisplay. Vergelijk de pincode op de telefoon
met de pincode op het audiodisplay, en accepteer het
verzoek op het display van de mobiele telefoon en
het voertuig. Het display geeft aan wanneer de
koppeling is voltooid. *
Als de optie voor het instellen van de mobiele
telefoon als primaire telefoon verschijnt, selecteer
dan Ja of Nee.
Afhankelijk van de functies van uw mobiele
telefoon kan het systeem u extra vragen stellen
(bijvoorbeeld of u uw telefoonboek wilt downloaden).
Selecteer Ja of Nee om uw antwoord te bevestigen.
Verwd.
Nadat een
mobiele telefoon uit de lijst verwijderd is, kan de
mobiele telefoon alleen verbonden worden door het
volledige koppelingsproces opnieuw uit te voeren.
Selecteer de optie voor verwijderen en bevestig wanneer
het systeem vraagt het geselecteerde apparaat te
verwijderen.
Hoofd
Het systeem
probeert een verbinding te maken met de primaire mobiele
telefoon wanneer de auto op contact wordt gezet. Wanneer
een mobiele telefoon als primaire telefoon geselecteerd
wordt, dan wordt deze als eerste in de lijst weergegeven
en gemarkeerd met een asterisk. Een eerder gekoppelde
mobiele telefoon als primaire mobiele telefoon
instellen. Selecteer de optie voor primaire telefoon om
de primaire mobiele telefoon te bevestigen.
Verb.
Een eerder
gekoppelde mobiele telefoon verbinden. U kunt slechts
met een mobiele telefoon per keer verbinding maken om
gebruik te maken van de functionaliteit van de mobiele
telefoon. Wanneer er met een andere telefoon verbinding
wordt gemaakt, wordt de verbinding met de vorige mobiele
telefoon voor de telefoondiensten verbroken. Met het
systeem kunt u tegelijkertijd verschillende
Bluetooth-apparaten gebruiken voor de functionaliteit
van de mobiele telefoon en de functie Bluetooth audio
afspelen.
Ontkp.
De
geselecteerde mobiele telefoon ontkoppelen. Selecteer
deze optie en bevestig als hierom wordt gevraagd. Nadat
een mobiele telefoon ontkoppeld is, kan hiermee weer
verbinding worden gemaakt zonder de volledige
koppelingsprocedure opnieuw te hoeven uitvoeren.