Indien uw auto is voorzien van lichtmetalen velgen is het normaal dat bij het monteren van het noodreservewiel de ringen van de bouten de velg niet raken. Als de bouten volledig zijn aangedraaid, zorgt het conische draagvlak van de bouten voor de bevestiging van het reservewiel.
Na het verwisselen van het wiel
Verwijder de naafdop van het wiel om het op de juiste manier in de bagageruimte op te bergen.
Rijd met een noodreservewiel niet sneller dan 80 km/h.
Laat zo snel mogelijk het aanhaalmoment van de wielbouten en de bandenspanning van het reservewiel controleren door het PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde werkplaats.
Laat de lekke band zo spoedig mogelijk repareren en verwissel hem met het reservewiel.