Door de overeenkomstige handeling uit te voeren verdwijnen de meldingen.
Waarschuwingsmelding |
Details/handelingen |
Er is onderhoud aan de koelcomponent van het batterijpakket
(tractiebatterij) nodig Het filter kan verstopt zitten, de ventilatieopening kan geblokkeerd zijn of er kan een gat in het kanaal zitten. →Laat onderhoud aan de koelcomponent van het batterijpakket (tractiebatterij) uitvoeren door een erkende Lexus-dealer of hersteller/reparateur of een andere naar behoren gekwalificeerde en uitgeruste deskundige. |
|
Geeft aan dat de EV-modus niet beschikbaar is* De reden dat de EV-modus niet beschikbaar is (motor draait stationair, ladingstoestand batterijpakket (tractiebatterij) is laag, rijsnelheid is hoger dan de snelheid waarbij de EV-modus werkt, gaspedaal is te ver ingetrapt) kan worden weergegeven. Er klinkt ook een zoemer. →Gebruik de EV-modus wanneer deze beschikbaar is. |
|
Geeft aan dat de EV-modus automatisch uitgeschakeld
is* De reden dat de EV-modus niet beschikbaar is (ladingstoestand batterijpakket (tractiebatterij) is laag, rijsnelheid is hoger dan de snelheid waarbij de EV-modus werkt, gaspedaal is te ver ingetrapt) kan worden weergegeven. Er klinkt ook een zoemer. →Rijd een tijdje met de auto. |
*: Werkingsvoorwaarden EV-modus
■Waarschuwingsmeldingen De afbeeldingen van waarschuwingsmeldingen die hier worden gebruikt, dienen slechts als voorbeeld en verschillen mogelijk van het werkelijke beeld op het multi-informatiedisplay.
■Waarschuwingsmelding bij ingeschakeld Dynamic Radar Cruise Control-systeem (indien aanwezig) Onder de volgende omstandigheden wordt de waarschuwingsmelding mogelijk niet weergegeven, ook niet als de afstand tot de voorligger afneemt:
■ De LDA-functie (Lane Departure Alert met stuurregeling) (indien aanwezig) Onder de volgende omstandigheden wordt er geen waarschuwingsmelding weergegeven, ook al wordt er over een rijstrookmarkering gereden:
■ De melding die aangeeft dat onderhoud moet worden uitgevoerd, moet worden gereset Zorg ervoor dat het olieverversingssysteem wordt gereset.
■Waarschuwingszoemer
Zoemer interieur | Zoemer exterieur |
Waarschuwingsmelding |
Details/handelingen |
Continu |
- |
Het bestuurdersportier werd
geopend terwijl de selectiehendel
niet in stand P stond en het contact
niet UIT stond. →Zet de selectiehendel in stand P. |
|
Continu | Continu | Het bestuurdersportier werd
geopend en gesloten terwijl de
elektronische sleutel zich niet in de
auto bevond, de selectiehendel niet
in stand P stond en het contact niet
UIT stond. →Zet de selectiehendel in stand P. →Neem de elektronische sleutel weer mee in de auto. |
|
Continu |
- |
De elektronische sleutel wordt niet
gesignaleerd als geprobeerd wordt
het hybridesysteem te starten. →Start het hybridesysteem met de elektronische sleutel in de buurt. |
|
Een keer | Continu | Er werd geprobeerd de auto te verlaten
met de elektronische sleutel en
de portieren te vergrendelen zonder
het contact eerst UIT te zetten
terwijl de selectiehendel in stand P
stond. →Zet het contact UIT en vergrendel de portieren opnieuw. |
|
Een keer | 3 keer | De elektronische sleutel bevond
zich buiten de auto en er werd een
ander portier dan het bestuurdersportier
geopend en gesloten terwijl
het contact niet UIT stond. →Neem de elektronische sleutel weer mee in de auto. |
|
Het bestuurdersportier werd
geopend en gesloten terwijl de
elektronische sleutel zich niet in de
auto bevond, de selectiehendel in
stand P stond en het contact niet
UIT stond. →Zet het contact UIT. →Neem de elektronische sleutel weer mee in de auto. |
|||
9 keer |
- |
Er is geprobeerd om te rijden terwijl
de elektronische sleutel zich niet in
de auto bevond. →Ga na of de elektronische sleutel zich in de auto bevindt. |
|
- |
Continu | Er is geprobeerd de portieren te
vergrendelen met het Smart entrysysteem
met startknop terwijl de
elektronische sleutel zich nog in de
auto bevond. →Neem de elektronische sleutel uit de auto en vergrendel de portieren opnieuw. |
|
Een keer | Continu | Er is geprobeerd een van de voorportieren
te vergrendelen door een
portier te openen en de vergrendelknop
aan de binnenzijde in de vergrendelstand
te zetten, en het
portier vervolgens te sluiten door
aan de buitenportiergreep te trekken
terwijl de elektronische sleutel
zich nog in de auto bevond. →Neem de elektronische sleutel uit de auto en vergrendel de portieren opnieuw. |
|
Een keer |
- |
De batterij van de elektronische
sleutel is (bijna) leeg. →Vervang de batterij van de elektronische sleutel. |
|
Een keer |
- |
Het stuurslot kon niet worden ontgrendeld
binnen 3 seconden na het
indrukken van de startknop. →Druk de startknop in terwijl het rempedaal wordt ingetrapt en het stuurwiel naar links en rechts wordt gedraaid. |
|
Een keer |
- |
→Houd de elektronische sleutel tegen de startknop terwijl u het rempedaal intrapt. |
|
Een keer |
- |
Tijdens een startprocedure van het
hybridesysteem waarbij de elektronische
sleutel niet goed werkte, werd de elektronische
sleutel tegen de startknop gehouden. →Druk de startknop in binnen 10 seconden nadat de zoemer heeft geklonken. |
|
- | - | Geeft het volgende aan:
→Druk op de startknop terwijl u het rempedaal ingetrapt houdt. |
|
Een keer | - | Het contact is UIT gezet terwijl de
selectiehendel in een andere stand
dan P stond. →Zet de selectiehendel in stand P. |
|
Een keer | - | Nadat het contact UIT is gezet terwijl
de selectiehendel in een andere
stand dan P stond, is de selectiehendel
in stand P gezet. →Zet het contact UIT. |
|
- |
- | Het contact is UIT gezet door de
automatische power off-functie. →Verhoog de volgende keer dat u het hybridesysteem start het toerental iets en laat dat zo gedurende ongeveer 5 minuten om de 12V-accu op te laden. |
|
Continu | - | Geeft aan dat het hybridesysteem in
een noodgeval tijdens het rijden is
uitgeschakeld →Zet de selectiehendel in stand N en zet het contact AAN om het hybridesysteem weer te starten.* |
|
Een keer | - | Geeft aan dat de startknop tijdens
het rijden is ingedrukt →Laat de startknop direct los, tenzij u de auto in geval van nood moet stilzetten. |
|
Een keer |
- |
Er is geprobeerd de motor te starten
terwijl de selectiehendel niet in
de juiste stand stond. →Zet de selectiehendel in stand P en start de motor. |
*: Afhankelijk van de omstandigheden start het hybridesysteem mogelijk niet.