Verwijderen van het reservewiel
- Til de vloerplaat op om de moer van de lier
te kunnen bereiken.
- Draai de moer tot de aanslag rechtsom
met de wielsleutel 1 en het verlengstuk 7
en draai zo de kabel van de lier los tot het
reservewiel plat op de grond ligt. Rol de
kabel ver genoeg uit om het wiel uit de
houder te kunnen halen.
- Verwijder het reservewiel met de doos via
de achterzijde van de auto.
- Zet het reservewiel rechtop om bij de doos
met gereedschap te kunnen komen.
- Maak het verbindingsstuk los van het
deksel van de doos.
- Haal de verbindingsstuk door de naaf van
het wiel om het wiel te kunnen verwijderen.
Na het monteren van het reservewiel
in de plaats van het wiel met de lekke
band moet de lier en de doos met
gereedschap onder de auto worden
teruggeplaatst voordat weggereden kan
worden.
Zie de rubriek "Terugplaatsen van de
lier en het reservewiel".
LESEN SIE MEHR:
Het reservewiel wordt met een lier tegen de
bodem van de bagageruimte vastgeklemd.
Bandenspanningscontrolesysteem
Deze procedure moet worden uitgevoerd met
of zonder het reservewiel. Voer zonder het
reservewiel de stappen A en D uit.
Volledig ontgrendelen
Druk op het geopende
hangslot om de auto volledig te
ontgrendelen.
Selectief ontgrendelen
Druk om uitsluitend het
bestuurdersportier te
ontgrendelen één keer op de
toets met het geopende hangslot.
Druk nogmaals op de toets met
het geopende hangslot om de
overige portieren te ontgrendelen
en de achterklep te openen.