Instructieboekje, auto handleidingen

Waarschuwings- en indicatielampen

 De volgende waarschuwings- en controlelampen waarschuwen u voor een voertuigconditie die ernstig zou kunnen worden. Sommige lampen gaan branden wanneer u de motor start om aan te geven dat ze werken. Indien een van de lampen blijft branden nadat de motor is gestart, dient u het betreffende systeem te controleren voor meer informatie.

N.B.:  Sommige controlelampen verschijnen in het informatiedisplay en werken op dezelfde manier als een waarschuwingslamp, maar gaan niet branden wanneer u de motor start.

Lamp adaptieve snelheidsregeling

Missing Image  De controlelamp van de snelheidsregeling verandert van kleur om de modus van het systeem aan te geven: Zie  Using Cruise Control

Aan (wit licht): brandt als de adaptieve snelheidsregeling is ingeschakeld. Gaat uit als de adaptieve snelheidsregeling wordt uitgeschakeld.

Actief (groen licht): brandt als de adaptieve snelheidsregeling is geactiveerd. Gaat uit als de adaptieve snelheidsregeling wordt gedeactiveerd.

Waarschuwingslamp antiblokkeersysteem

Missing Image   Als deze lamp brandt tijdens het rijden, dan wijst dit op een storing.U beschikt nog steeds over het normale remvermogen (echter zonder antiblokkeerfunctie) tenzij de waarschuwingslamp van het remsysteem ook brandt.Laat uw auto door een erkende dealer controleren.

Lamp automatisch grootlicht

Missing Image  Deze brandt wanneer deze functie wordt ingeschakeld.

Lamp Auto Start-Stop

Missing Image  Deze lamp brandt om u te informeren over wanneer de motor wordt uitgeschakeld of in combinatie met een bericht.

Waarschuwingslamp accu

Missing Image  Als dit lampje tijden het rijden gaat branden, wijst dit op een storing. Schakel alle overbodige stroomverbruikers uit. Laat uw auto onmiddellijk door een erkende dealer controleren.

Controlelampje dodehoekmonitor

Missing Image  Dit lampje gaat branden wanneer u deze functie inschakelt of in combinatie met een bericht.

Waarschuwingslamp remsysteem

Missing Image  Deze gaat branden wanneer u de parkeerrem inschakelt bij ingeschakeld contact.

Gaat deze lamp tijdens het rijden branden, controleer dan of de parkeerrem nog is ingeschakeld. Is de parkeerrem niet ingeschakeld, dan wijst dit op een laag remvloeistofpeil of een storing in het remsysteem. Laat uw auto onmiddellijk door een erkende dealer controleren.

WAARSCHUWING

Rijden met uw auto terwijl de waarschuwingslamp is ingeschakeld, is gevaarlijk. Een aanzienlijke vermindering van de remprestaties kan dan optreden. Het kan langer duren voor de auto stilstaat. Laat uw auto zo snel mogelijk controleren. Over langere afstanden rijden terwijl de parkeerrem ingeschakeld is, kan het uitvallen van de remmen en verwondingen veroorzaken.Controlelampje snelheidsregeling

Missing Image  Deze lamp gaat branden wanneer u deze functie inschakelt.

Controlelamp kofferdeksel open

Missing Image  Deze brandt als het contact aan staat en het kofferdeksel niet volledig gesloten is.

Richtingaanwijzer

Missing Image  Deze lamp gaat branden wanneer de richtingaanwijzer links of rechts of de alarmknipperlichten worden ingeschakeld. Blijven de controlelampjes ingeschakeld of gaan deze sneller knipperen, controleer dan op een doorgebrande gloeilamp.

Controlelamp portier open

Missing Image  Deze brandt als het contact aan staat en een van de portieren niet volledig gesloten is.

Controlelamp elektrische parkeerrem

Missing Image  Deze gaat branden wanneer de elektrische parkeerrem niet goed werkt.

Waarschuwingslamp motor of motorkoelvloeistoftemperatuur

Missing Image  Brandt als de motor of de koelvloeistof van de motor te heet is. Stop de auto zo snel mogelijk en neem contact op met een erkende dealer.

Waarschuwingslampje motorolie

WAARSCHUWING

Rijd niet verder als de lamp gaat branden tijdens het rijden, zelfs als het oliepeil correct is. Laat uw auto controleren.

Missing Image  Wanneer het lampje bij draaiende motor of tijdens het rijden gaat branden, wijst dit op een storing. Breng de auto tot stilstand zodra dit veilig kan en schakel de motor uit. Controleer het motoroliepeil.

Waarschuwingslamp veiligheidsgordel vastmaken

Missing Image  Deze brandt en een gong weerklinkt om u eraan te herinneren dat u uw veiligheidsgordel dient te dragen.

Waarschuwingslamp airbag voor

Missing Image  Als het waarschuwingslampje niet gaat branden wanneer u het contact aanzet, als het blijft branden of als het knippert, is het systeem mogelijk uitgeschakeld.

Laat uw auto door een erkende dealer controleren.

Controlelampje mistlampen vóór

Missing Image  De controlelamp gaat branden wanneer u de mistlampen, vóór inschakelt.

Waarschuwingslamp vorst

WAARSCHUWING

Ook wanneer de temperatuur tot boven 4ºC stijgt, is dit nog geen garantie dat de weg vrij is van gevaren die door plotselinge weersveranderingen kunnen ontstaan.

Missing Image  Gaat branden wanneer de buitentemperatuur 4ºC of lager is.

Indicator standkachel ingeschakeld

Missing Image  Gaat branden wanneer u de standkachel inschakelt.

Indicator standkachel in werking

Missing Image  Gaat branden om u te melden dat de standkachel op dit moment werkt.

Controlelampje gloeibougie

Missing Image  Als de sleutel in de stand AAN staat, gaat dit branden wanneer warmte van de gloeibougie nodig is als hulpmiddel bij het starten. Wacht tot de lamp uitgaat voor u de motor start.

Wanneer u de motor start, moet dit lampje uitgaan. Wanneer de motor koud is, moet het lampje steeds korte tijd branden.

Lampje bergrem

Missing Image  Dit gaat branden als u de bergremfunctie inschakelt.

Display in hemelbekleding

Missing Image  Soms verschijnt er een rode lichtstraal op de voorruit als u de adaptieve snelheidsregeling of het Pre-Collision Warning-systeem gebruikt. Deze straal verschijnt ook kort wanneer u de motor start, om aan te geven dat het display werkt.

Controlelamp grootlicht

Missing Image  Gaat branden wanneer u het grootlicht inschakelt. Knippert wanneer u een lichtsignaal geeft.

Waarschuwingslamp motorkap open

Missing Image  Gaat branden als het contact aan staat en de motorkap niet volledig gesloten is.

Controlelamp verlaten rijstrook

Missing Image  Gaat branden wanneer u het systeem verlaten rijstrook inschakelt.

Waarschuwingslamp achterklep open

Missing Image  Gaat branden wanneer de achterklep niet helemaal dicht is.

Waarschuwingslamp storing in dimlicht

Missing Image  Deze brandt bij een defecte gloeilamp voor dimlicht.

Waarschuwingslamp laag brandstofpeil

Missing Image  Als deze lamp brandt tijdens het rijden, dient u zo snel mogelijk te tanken.

Waarschuwingslamp lage bandenspanning

Missing Image  Gaat branden wanneer de bandenspanning laag is. Als het lampje blijft branden terwijl de motor draait of tijdens het rijden, controleer dan zo snel mogelijk de bandenspanning.

Gaat ook kort branden wanneer u het contact aanzet om te bevestigen dat de lamp werkt. Als dit niet gaat branden wanneer u het contact aanzet of op een bepaald moment begint te knipperen, laat het systeem dan controleren door een erkende dealer.

Controlelamp parkeerlichten

Missing Image  Gaat branden wanneer u de parkeerlichten inschakelt.

Storing aandrijflijn

Missing Image  Deze gaat branden wanneer er een storing in de aandrijflijn of aandrijving op alle wielen is gedetecteerd. Raadpleeg zo snel mogelijk een erkende dealer.

Klaar om te rijden

Missing Image  Deze indicator brandt als de auto is ingeschakeld en klaar is voor vertrek. U ziet wellicht dezelfde tekst op het informatiedisplay.

Motorstoringslamp

Missing Image   Als deze lamp brandt terwijl de motor draait, wijst dit op een storing.Het systeem voor on-board diagnose heeft een storing gedetecteerd met het systeem voor de emissieregeling.

Als het knippert, slaat de motor wellicht over. Hogere uitlaatgastemperaturen kunnen schade aan de katalysator of andere delen van de auto veroorzaken. Rijd rustig (vermijd snel optrekken en hard afremmen) en laat uw auto onmiddellijk repareren.

Het lampje gaat wanneer u het contact aanzet branden voordat de motor wordt gestart om het lampje te controleren en om te laten zien of uw auto klaar is om de inspectie en het onderhoud te testen (I/M-test).

Normaal gesproken blijft het lampje branden tot de motor wordt gestart en dooft het lampje automatisch als er geen storingen aanwezig zijn. Maar als de motorstoringslamp na 15 seconden acht maal knippert, dan is uw auto niet klaar om de inspectie en het onderhoud te testen (I/M-test).

Schakelindicatielampje

Missing Image  Missing Image  Het controlelampje brandt om aan te geven dat schakelen naar een hogere of lagere versnelling zuiniger is en zorgt voor een lagere CO2-uitstoot. De controlelamp brandt niet tijdens perioden van hoge acceleraties, remmen of intrappen van het koppelingspedaal.

Snelheidsbegrenzer

Missing Image  Gaat branden wanneer u het snelheidsbegrenzersysteem inschakelt.

Waarschuwingslamp stabiliteitsregeling

Missing Image  De lamp gaat branden als het systeem is geactiveerd. Als de lamp blijft branden of niet brandt nadat u het contact hebt aangezet, dan geeft dit een storing aan. Bij storingen schakelt het systeem uit. Laat uw auto onmiddellijk door een erkende dealer controleren.

Controlelamp stabiliteitsregeling uit

Missing Image  Gaat branden wanneer u het systeem uitschakelt. Gaat uit wanneer u het systeem weer inschakelt of wanneer u het contact uitschakelt.

Veilig stoppen

Missing Image  Deze lamp brandt als er een defect of storing is in een elektrisch onderdeel waardoor de auto wordt uitgeschakeld of naar een beperkte gebruiksmodus gaat. Er kan ook een bericht verschijnen.

Verkeersbordherkenning verboden in te halen

Missing Image  Gaat branden wanneer de verkeersbordherkenning een verkeersbord voor verboden in te halen detecteert.

Verkeersbordherkenning snelheidslimiet

Missing Image  Gaat branden wanneer de verkeersbordherkenning een verkeersbord voor de snelheidslimiet detecteert. Als het waarschuwingslampje van de verkeersbordherkenning is ingeschakeld, knippert het lampje wanneer u de snelheidslimiet overschrijdt die door het systeem voor de verkeersbordherkenning is gedetecteerd.

Waarschuwingslamp water in brandstof

Missing Image  Gaat branden als er overmatige hoeveelheden water in het brandstoffilter aanwezig zijn. Tap het water onmiddellijk af.

    LESEN SIE MEHR:

     Ford Mondeo Vijfde generatie (Mk5) - Instructieboekje (2013-2022) > Informatiedisplay rechts

    Rijbereik Voertuigbereik: de geschatte afstand die u met de auto kunt rijden met de energie die momenteel beschikbaar is.Het getoonde bereik is de geschatte afstand-tot-leeg op basis van de brandstof die momenteel in de tank zit. De waarden kunnen variëren naarmate de rijomstandigheden en het gebruik van de klimaatregeling veranderen.

     Ford Mondeo Vijfde generatie (Mk5) - Instructieboekje (2013-2022) > Akoestische waarschuwingssignalen en -indicaties

    Waarschuwingstoon sleutel in contactslot Klinkt wanneer u het bestuurdersportier opent en u de sleutel in het contact hebt laten zitten.Waarschuwingsmelding voor sleutelloze systemen De claxon weerklinkt tweemaal wanneer u de auto verlaat met de sleutel voor intelligente toegang, nadat het laatste portier is gesloten en uw sleutelloze auto AAN staat, om aan te geven dat de motor nog draait.

     Ford Mondeo Vijfde generatie (Mk5) - Instructieboekje (2013-2022) > Algemene informatie

    WAARSCHUWINGWerk niet aan een warme motor. Schakel het contact uit en schakel de parkeerrem in.Raak onderdelen van het elektronisch ontstekingssysteem bij aangezet contact of draaiende motor niet aan. Het systeem werkt met hoogspanning. Wanneer deze waarschuwing niet wordt opgevolgd, kan dit ernstig letsel of de dood tot gevolg hebben. Zorg dat uw handen en kledingstukken niet met de koelventilateur in aanraking kunnen komen.