Zekeringen
❈ Links: Normaal
Rechts: Doorgebrand
Het elektrisch systeem van een auto is tegen overbelasting beveiligd door
middel van zekeringen Deze auto heeft 2 (of 3) zekeringkasten, één
in het zijpaneel aan bestuurderszijde en de andere in de motorruimte vlak
bij de accu Controleer de zekering van het desbetreffende circuit wanneer
een bepaalde verlichting, accessoire of bedieningsorgaan niet werkt. Als
een zekering is doorgebrand, is het element in de zekering gesmolten
Controleer allereerst de zekeringkast aan bestuurderszijde wanneer het
elektrisch systeem niet werkt Zet voor het vervangen van een doorgebrande
zekering het contact UIT en neem de minkabel van de accu los Vervang een
zekering altijd door een zekering met dezelfde stroomsterkte Als de
vervangende zekering ook doorbrandt, duidt dit op een elektrische storing
Probeer het betreffende systeem niet te gebruiken en neem onmiddellijk
contact op met een professionele werkplaats. Kia raadt aan om een officiële
Kia dealer/servicepartner te raadplegen Er worden drie typen zekeringen
gebruikt: een plat type voor lagere stroomsterkte, een cartridge type en
een multizekering voor hogere stroomsterktes.
WAARSCHUWING Zekeringen vervangen
- Vervang een zekering alleen door een zekering met dezelfde stroomsterkte.
- Een zekering met een hogere capaciteit kan schade en mogelijk brand veroorzaken.
- Vervang een zekering nooit door
ijzerdraad of
aluminiumfolie, ook
niet als noodreparatie. Anders kan de bedrading ernstig beschadigd raken en kan er brand ontstaan.
- Wijzig de elektrische bedrading van de auto niet of voeg geen extra bedrading toe naar eigen goeddunken.
LET OP Verwijder een zekering niet met een schroevendraaier of een ander metalen voorwerp omdat hierdoor kortsluiting kan ontstaan, waardoor het elektrisch systeem beschadigd kan raken.
OPMERKING Het daadwerkelijke label in de zekering / relaiskast kan afwijken.
LET OP
- Wanneer u een doorgebrande zekering of relais door een nieuw exemplaar vervangt, zorg er dan voor dat de nieuwe zekering of het nieuwe relais goed in de houder past Wanneer de zekering of het relais niet goed vastzit, kunnen de bedrading en de elektrische systemen van de auto beschadigd raken en mogelijk brand veroorzaken.
- Verwijder geen zekeringen, relais of aansluitingen die zijn vastgezet met bouten of moeren. De zekeringen, relais of aansluitingen zijn mogelijk niet goed vastgezet, wat brand kan veroorzaken. Als zekeringen, relais of aansluitingen die zijn vastgezet met bouten of moeren zijn doorgebrand, moet u een professionele werkplaats raadplegen. Kia raadt aan om een officiële Kia dealer/servicepartner te raadplegen.
- Plaats uitsluitend zekeringen of relais in de aansluitingen van de zekering/relais. Anders kunnen er problemen met de aansluiting of storingen aan het systeem ontstaan.
- Steek geen schroevendraaiers of draden in een aansluiting die oorspronkelijk alleen voor zekeringen en relais is bedoeld. Het elektrisch systeem en de bedrading in de auto kunnen beschadigd raken of doorbranden door een slecht contact.
LESEN SIE MEHR:
Banden met een hoogte /breedteverhouding lager dan 50 zijn voornamelijk
voor het sportieve uiterlijk Omdat banden met lage hoogte /
breedteverhouding geoptimaliseerd zijn voor stuur en remgedrag, kunnen ze
minder comfortabel zijn en geven ze meer geluid dan normale banden.
Zet het contact en alle andere schakelaars uit.
Open de klep van de zekeringkast Als de schakelaar in stand
OFF staat, wordt "LET OP " weergegeven in het instrumentenpaneel.
Trek de verdachte zekering recht naar buiten. Gebruik de
zekeringtrekker die zich in de hoofdzekeringkast in de motorruimte
bevindt.
Controleer de verwijderde zekering; vervangen indien deze is
doorgebrand Er bevinden zich reservezekeringen in de zekeringkast aan
bestuurderszijde (of in de zekeringkast in de motorruimte).
Plaats een nieuwe zekering met dezelfde stroomsterkte en
controleer of de zekering goed vastzit.
Controleer voor het bijvullen of de auto op een
vlakke en horizontale ondergrond staat.
Controleer 's winters of de
omgevingstemperatuur van de auto hoger
is dan -11ºC. Als het kouder is, bevriest het
AdBlue waardoor u het niet in het reservoir
kunt gieten. Laat uw auto enkele uren op een
warmere plaats staan en vul vervolgens het
reservoir bij.
Druk op de START/STOP-knop om de
motor af te zetten.
Til de vloerplaat van de bagageruimte op
voor toegang tot het AdBlue-reservoir.