Afstandswaarschuwing
Als de afstand tot een voorligger te klein is, gaat de rode
waarschuwingslamp in de voorruit branden.
N.B.: De rode lichtbalk is
kleiner en knippert niet wanneer de afstandswaarschuwing actief is.
Afstandsindicatie
Afstandsindicatie is een functie die een grafische indicatie biedt van
de tijd die tussen voertuigen zit die in dezelfde richting rijden.
N.B.: Afstandswaarschuwing
en afstandsaanduiding worden uitgeschakeld als de adaptieve
snelheidsregeling actief is. De afbeeldingen van de afstandsaanduiding
worden niet in het informatiedisplay weergegeven, tenzij de adaptieve
snelheidsregeling UIT is.
Snelheid
|
Gevoeligheid
|
Grafische
afbeeldingen
|
Tussenruimte
|
Afstand in tijd
|
100 km/h
|
Normaal
|
Grijs
|
>25m
|
>0,9sec
|
100 km/h
|
Normaal
|
Geel
|
tussen 17 m en 25
m
|
tussen 0,6 sec en
0,9 sec
|
100 km/h
|
Normaal
|
Rood
|
<17m
|
<0,6sec
|
Instellingen aanpassen voor Pre-Collision Assist
U kunt de gevoeligheid van de waarschuwing en de afstandswaarschuwing op
een van drie mogelijke standen instellen via het informatiedisplay.
U kunt de afstandswaarschuwingsfunctie
uitschakelen via het informatiedisplay.
Indien nodig kunt u actief remmen uitschakelen via het
informatiedisplay.
N.B.:
Actief remmen wordt
automatisch ingeschakeld wanneer u de auto aanzet.
LESEN SIE MEHR:
WAARSCHUWINGU blijft te allen tijde verantwoordelijk voor het besturen van de
auto, de bewaking van het systeem en ingrijpen indien nodig. Als u niet
voorzichtig bent, kan dit leiden tot verlies van controle over de auto,
ernstige of dodelijke verwondingen.
Het systeem is bedoeld om de bestuurder te helpen. Het systeem is
niet bedoeld ter vervanging van uw aandacht en inschattingsvermogen. U
bent nog steeds verantwoordelijk om tijdens het rijden voorzichtig en
oplettend te zijn.
Als er een bericht over een geblokkeerde sensor of camera verschijnt in
het informatiedisplay, worden de radarsignalen of camerabeelden
geblokkeerd. De radarsensor bevindt zich achter een afdekking in de
buurt van de onderste grille aan de bestuurderszijde. Als de radar
geblokkeerd wordt, werkt het Pre-Collision Assist-systeem niet en kan
het systeem geen voorligger detecteren. Wanneer de camera vooraan
geblokkeerd is, reageert het Pre-Collision Assist-systeem niet op
voetgangers of stilstaande voertuigen en werkt het systeem minder goed
bij bewegende voertuigen. De volgende tabel geeft een overzicht van
mogelijke oorzaken en handelingen die kunnen worden uitgevoerd wanneer
dit bericht wordt weergegeven.
Oorzaak
Handeling
Het oppervlak van
de radar in de grille is vuil of op een andere manier
geblokkeerd.
Maak het
oppervlak van de grille vóór de radar schoon of verwijder het
object dat de sensor blokkeert.
Het oppervlak van
de radar in de grille is schoon, maar het bericht blijft in het
display staan.
Wacht een
ogenblikje. Het kan een paar minuten duren voordat de radar
merkt dat de sensor niet meer geblokkeerd wordt.
Hevige regen,
opspattend water, sneeuw of mist verstoort de radarsignalen.
Het Pre-Collision
Assist-systeem wordt tijdelijk uitgeschakeld. Het Pre-Collision
Assist-systeem zou na een korte tijd automatisch weer moeten
inschakelen, zodra de weersomstandigheden verbeteren.
Opspattend water,
sneeuw of ijs op het wegdek kan de radarsignalen verstoren.
Het Pre-Collision
Assist-systeem wordt tijdelijk uitgeschakeld. Het Pre-Collision
Assist-systeem zou na een korte tijd automatisch weer moeten
inschakelen, zodra de weersomstandigheden verbeteren.
De radar is niet
meer goed uitgelijnd wegens een frontale botsing.
Neem contact op
met een erkende dealer om de radar te laten controleren op het
juiste bereik en een correcte werking.
De voorruit voor
de camera is vuil of op een andere manier geblokkeerd.
Maak de
buitenzijde van de voorruit voor de camera schoon.
De voorruit voor
de camera is schoon, maar het bericht blijft in het display
staan.
Wacht een
ogenblikje. Het kan een paar minuten duren voordat de camera
merkt dat de sensor niet meer geblokkeerd wordt.