Electronic Stability Control (ESC) is ontworpen om de stabiliteit van de auto in bochten te verbeteren. Het ESC controleert in welke richting u stuurt en in welke richting de auto daadwerkelijk beweegt. Het ESC remt de wielen individueel af en grijpt indien nodig in het motormanagementsysteem in om de auto te stabiliseren.
WAARSCHUWING Rijd niet harder dan de toestand van de weg toelaat en neem bochten niet met een te hoge snelheid. Electronic Stability Control (ESC) kan aanrijdingen niet voorkomen. Te hoge bochtensnelheden, abrupte uitwijkmanoeuvres en aquaplaning op een nat wegdek kunnen nog steeds leiden tot ernstige ongelukken. Alleen een bestuurder die veilig en oplettend rijdt kan aanrijdingen voorkomen door manoeuvres te vermijden die kunnen leiden tot het verlies van grip van de banden. Neem ook bij een auto die is uitgerust met ESC de normale voorzorgsmaatregelen in acht en pas uw snelheid altijd aan de omstandigheden aan.
Electronic Stability Control (ESC) is een elektronisch systeem dat ontworpen is om de auto onder ongunstige omstandigheden beter onder controle te kunnen houden. Het systeem is geen vervanging voor een veilig rijgedrag. Zaken als snelheid, conditie van de weg en stuurcommando’s van de bestuurder hebben invloed op de mate waarin ESC verlies van controle over de auto kan voorkomen. Het blijft te allen tijde de verantwoordelijkheid van de bestuurder de snelheid aan te passen aan de omstandigheden en te zorgen voor een juiste veiligheidsmarge In een situatie waarin u remt en de wielen dreigen te blokkeren is een tikkend geluid hoorbaar in het remsysteem en kan het rempedaal gaan trillen Dit is normaal. Het betekent dat het ESC in werking is getreden.
OPMERKING Na het starten van de motor en het wegrijden kan er in de motorruimte een klikkend geluid hoorbaar zijn. Dit is normaal en geeft aan dat Electronic Stability Control (ESC) goed werkt.
Bediening voertuigstabiliteitsregeling (ESC)
ESC ON conditie
In werking
Als de ESC in werking treedt, gaat het controlelampje ESC knipperen.
Bediening voertuigstabiliteitsregeling (ESC) uit
ESC uitgeschakeld
Deze auto heeft 2 verschillende modi waarin de voertuigstabiliteitsregeling is uitgeschakeld Als de motor stopt als ESC uit staat, blijft ESC uit staan. Pas wanneer de motor opnieuw wordt gestart, zal de ESC automatisch weer worden ingeschakeld.
Controlelampje
Als het contact in stand ON wordt gezet, gaat het controlelampje branden Als het ESC normaal werkt dooft het lampje weer.
Het controlelampje ESC knippert als het ESC werkt of gaat branden als het ESC niet in werking treedt. Het ESC Off controlelampje gaat branden als ESC met de knop wordt uitgeschakeld.
LET OP Als er banden en/of velgen met een verschillende maat onder de auto gemonteerd zijn, kan dat de werking van het ESC in negatieve zin beïnvloeden. Zorg er voor dat als de banden onder uw auto vervangen moeten worden, ze dezelfde maat hebben als de originele banden.
WAARSCHUWING Het Electronic Stability Control systeem is slechts een hulpmiddel bij het rijden. Pas op bochtige en gladde wegen uw rijsnelheid aan. Rijd voorzichtig en probeer niet te accelereren als het controlelampje ESP knippert of als u op een gladde weg rijdt.
ESC uitschakelen
Tijdens het rijden
WAARSCHUWING Druk nooit op de toets ESC OFF als ESC actief is (controlelampje ESC knippert). Als het ESC in dat geval toch wordt uitgeschakeld, kan de auto gaan slippen en kunt u de controle erover verliezen.
OPMERKING