Met uw auto rijden
WAARSCHUWING UITLAATGASSEN KUNNEN GEVAARLIJK ZIJN! Uitlaatgassen kunnen bijzonder gevaarlijk zijn. Draai
onmiddellijk de ruiten open als u op enig moment uitlaatgassen in de auto ruikt.
- Inhaleer uitlaatgassen niet. Uitlaatgassen bevatten koolmonoxide, een kleurloos
en reukloos gas dat bewusteloosheid en dood door verstikking kan veroorzaken.
- Controleer of het uitlaatsysteem niet
lekt. Het
uitlaatsysteem moet elke keer dat de auto op de brug staat voor olie
verversen of voor andere reparaties worden gecontroleerd. Laat als het probleem niet opgelost is, het
systeem nakijken door een professionele werkplaats. Kia raadt aan om een officiële Kia dealer/servicepartner te bezoeken.
- Laat de motor niet draaien in een
afgesloten ruimte.
Het is gevaarlijk de motor van uw auto in de garage te laten draaien, ook al
staat de garagedeur open. Laat de motor niet langer in uw garage draaien dan de tijd die u na
het starten nodig heeft om de garage uit te rijden.
- Voorkom langdurig stationair draaien als
er mensen in het voertuig zitten. Als het noodzakelijk is de auto gedurende langere
tijd stationair te laten draaien terwijl er mensen in de auto aanwezig zijn, doe dat dan alleen in een open ruimte, zet
de luchttoevoer op "buitenlucht" en schakel een van de hogere
ventilatorsnelheden
in zodat er frisse lucht naar binnen wordt gevoerd.
Als u moet rijden met de achterklep open omdat de
lading het sluiten van de achterklep onmogelijk maakt:
- sluit alle ruiten.
- Open de uitstroomopeningen opzij.
- Zet de luchttoevoer op "buitenlucht",
kies voor de luchtregeling "verwarmen" of "ventileren" en zet de aanjager in
een van de hogere
standen.
Voor een goede werking van het ventilatiesysteem is
het noodzakelijk dat de luchtinlaat onder de voorruit vrij blijft van sneeuw, ijs, bladeren en andere obstructies.
LESEN SIE MEHR:
Het systeem is uitgerust met een achteruitrijcamera die voor de
veiligheid een breder gezichtsveld biedt.
De achteruitrijcamera wordt automatisch ingeschakeld wanneer het
contact in de stand AAN wordt gezet en de selectiehendel in de stand R
wordt gezet.
De achteruitrijcamera wordt automatisch uitgeschakeld wanneer de
selectiehendel in een andere versnelling wordt gezet.
Vóór het instappen
Zorg ervoor dat alle ruiten, buitenspiegel( s) en lampen schoon
zijn.
Controleer de toestand van de banden.
Controleer of er geen sporen van lekkage onder de auto te zien
zijn.
Controleer of er zich geen obstakels achter de auto bevinden
wanneer u achteruit wilt rijden.
Ga naar "Berichtinstellingen": toets MENU → "Instellingen" → "Telefoon" →
"Berichtinstellingen"
Hiermee kunt u het doorsturen van
berichten vanaf mobiele telefoons
aan-/uitzetten
Hiermee kunt u de weergave van
meldingen voor een nieuwe sms/
mms aan-/uitzetten
Hiermee kunt u de weergave van
meldingen voor een nieuwe e-mail
aan-/uitzetten
Hiermee kunt u de handtekeningfunctie
aan-/uitzetten
Hiermee kunt u de update-functie
voor de status gelezen/ongelezen
van berichten op de telefoon aan-/
uitzetten
De weergave van binnenkomende
sms/mms wijzigen
Hiermee kunt u de weergave van
binnenkomende e-mails wijzigen.
De accountnaam wijzigen naar
"Servicenaam" (naam van het aangesloten
apparaat) of "Vaste naam"
(vooraf bepaalde naam)