Naderingswaarschuwing (afstandsregelmodus)
Wanneer uw auto een voorligger te
dicht nadert en automatisch decelereren
door middel van de cruise control
niet mogelijk is, zal het scherm gaan
knipperen en een zoemer klinken om
de bestuurder te waarschuwen. Dit kan
bijvoorbeeld gebeuren als een andere
bestuurder vóór u invoegt terwijl u een
voorligger volgt. Trap het rempedaal in
om voldoende afstand tot uw voorligger
te houden.
■ Mogelijk worden geen waarschuwingen gegeven
In de volgende gevallen worden mogelijk geen waarschuwingen gegeven als
de tussenafstand klein is.
- Als de snelheid van de voorligger gelijk is aan of hoger is dan de
snelheid
van uw eigen auto
- Als de voorligger extreem langzaam rijdt
- Direct nadat de snelheid van de cruise control is ingesteld
- Bij het intrappen van het gaspedaal
LESEN SIE MEHR:
Als u de hendel naar u toe trekt,
wordt de snelheidsregeling uitgeschakeld.
De snelheidsregeling wordt eveneens
uitgeschakeld als het rempedaal wordt
ingetrapt.
Als u de hendel omhoog drukt,
wordt de cruise control hervat en
wordt de ingestelde snelheid hervat.
Wanneer de constante-snelheidsregeling is geselecteerd, blijft de auto
met een
ingestelde snelheid rijden, zonder de tussenafstand te regelen. Selecteer
deze
modus alleen wanneer de afstandsregelmodus niet goed werkt als gevolg van
een vuile radarsensor, enz.
Een auto uitgerust met een handgeschakelde transmissie mag niet worden
aangeduwd of aangesleept omdat hierdoor het emissieregelsysteem beschadigd
kan raken Auto's die uitgerust zijn met een automatische transmissie
kunnen niet worden aangeduwd of aangesleept Volg de aanwijzingen voor het
starten met een hulpaccu in "Starten met een hulpaccu" .