Standkachel programmeren
Werkprincipes
Elke modus werkt onafhankelijk van de andere modi en heeft zijn eigen duur.
De verwarming kan in elk van deze modi aangaan of blijven branden en de modi
kunnen elkaar overlappen. Gebruik de bedieningstoetsen voor het
informatiedisplay op het stuurwiel.
N.B.: Als u de opdracht hebt
gegeven dat de verwarming moet worden aangezet en de verwarming niet
reageert wanneer het contact is uitgezet, verschijnt er mogelijk een
toelichting op het informatiedisplay wanneer u het contact aanzet.
VerwarmingsmodiN.B.: Als u een timermodus wilt
programmeren en inschakelen, moet u alle relevante selectievakjes
inschakelen in het menu van het informatiedisplay. Zo moet u het
selectievakje inschakelen voor het programmeermenu en een of meer
selectievakjes inschakelen voor de gewenste menu's van de verwarmingsmodus.
N.B.: Het systeem kiest AM, PM
of de 24-uursklok op basis van de voorkeur die u hebt gekozen op het
informatiedisplay.
LESEN SIE MEHR:
WAARSCHUWINGU wordt geadviseerd om het verwarmingssysteem na een botsing te laten
controleren door een gekwalificeerd monteur. Als u deze instructie negeert,
kan dat letsel of de dood tot gevolg hebben.
Gebruik de standkachel niet in tankstations of in de buurt van bronnen
van brandbare dampen, in een stoffige omgeving of in gesloten ruimtes. Dit
kan leiden tot ernstige of dodelijke verwondingen.
Het systeem schakelt de verwarmingsmodus automatisch in, en niet op verzoek
van de gebruiker. Enkele seconden nadat u de motor hebt gestart, gaat de
verwarming automatisch aan als de motor draait en aan andere voorwaarden is
voldaan. De verwarming kan gedurende de hele rijcyclus aan- en uitgaan op basis
van de temperatuur van de koelvloeistof. Voordat u een benzinemotor start, moet
u mogelijk eerst de klimaatregeling instellen op een verwarmingsmodus.
Voer bij het plaatsen de handelingen voor het
verwijderen in tegenovergestelde richting uit en
sluit als laatste de pluspool (+) aan.
Na het plaatsen
Controleer de accupolen.
Zet het contact aan, maar start de motor niet.
Controleer of er geen storingsmeldingen
worden weergegeven en er geen
verklikkerlampjes gaan branden. Is dit wel
het geval, neem dan contact op met het
PEUGEOT-netwerk of een gekwalificeerde
werkplaats om het systeem te resetten.
Controleer of de portieren en ruiten
normaal functioneren.
Wacht na het plaatsen ongeveer 1 minuut
(of 2 minuten bij een auto met een
automatische transmissie).
Start de motor.
Controleer of de antiklemvoorzieningen
van de ruiten, het schuif-/kanteldak en
het zonnescherm van het panoramadak
correct werken.
Als de auto is voorzien van een elektrische
parkeerrem, controleer dan of deze goed
werkt door de parkeerrem aan te trekken
en vervolgens vrij te zetten.
Zet het contact uit.
Verlaat de auto en controleer of de
afstandsbediening correct werkt.
Stel de tijd en de radiozenders in en
configureer de autoradio.
Na het loskoppelen van de accu kunnen
bepaalde functies - Stop-stand van het
Stop & Start-systeem, airconditioning,
navigatie - tijdelijk zijn uitgeschakeld.