Wijzigen van de ingestelde
snelheid
De snelheidsregelaar moet zijn ingeschakeld.
De ingestelde snelheid wijzigen met behulp
van de geprogrammeerde snelheden via uw
Autoradio:
- schakel eerst de functie in (zie de rubriek
"Opslaan van snelheden"),
- houd de toets 2 of 3 ingedrukt, het systeem
geeft de geprogrammeerde snelheid
weer die het dichtste bij de actuele
wagensnelheid ligt; deze snelheid wordt de
nieuwe ingestelde snelheid,
- druk nogmaals op de toets 2 of 3 om een
andere snelheid te selecteren.
De ingestelde snelheid wijzigen met behulp
van de geprogrammeerde snelheden via het
touchscreen:
- druk op de toets 5 om de zes
geprogrammeerde snelheden weer te geven,
- druk op de toets van de snelheid die u wilt
instellen.
Deze snelheid wordt nu de nieuwe ingestelde
snelheid.
Stel om veiligheidsredenen een
snelheid in die niet al te veel afwijkt
van de actuele wagensnelheid. Zo
voorkomt u dat de auto onverwacht gaat
accelereren of vaart minderen.
Wijzigen van de actuele ingestelde snelheid:
- in stappen van +/- 1 km/h: druk meerdere
keren kort op de toets 2 of 3,
- continu, in stappen van +/- 5 km/h: houd de
toets 2 of 3 ingedrukt.
Let op: tijdens het ingedrukt houden van
de toets 2 of 3 kan de wagensnelheid
zeer snel veranderen.
LESEN SIE MEHR:
Draai de knop 1 in de stand "CRUISE": de
snelheidsregelaar is geselecteerd, maar
nog niet ingeschakeld (Pause).
Druk, wanneer de gewenste snelheid
is bereikt, op de toets 2 of 3 om de
snelheidsregelaar te activeren en een
ingestelde snelheid op te slaan. De actuele
wagensnelheid wordt de ingestelde
snelheid.
Indien noodzakelijk (inhaalmanoeuvre enz.) kan
de ingestelde snelheid worden overschreden
door het gaspedaal in te trappen.
De snelheidsregelaar wordt tijdelijk
uitgeschakeld en de weergegeven ingestelde
snelheid knippert.
Gebruik het sleutelblad om de auto te starten en het bestuurdersportier
van buitenaf te ontgrendelen of te vergrendelen.Het zendergedeelte werkt
als afstandsbediening.Druk op de knop om de sleutel los te maken. Houd de knop ingedrukt om de
sleutel weer in te klappen wanneer deze niet wordt gebruikt.