WAARSCHUWING
Plaats geen voorwerpen en bevestig geen apparatuur op of bij de hemelbekleding bij de zijrail. Zo voorkomt u dat ze in contact kunnen komen met de gordijnairbag als die wordt geactiveerd. Als deze instructies niet worden opgevolgd, neemt de kans op verwondingen tijdens een aanrijding toe.
Leun niet met uw hoofd tegen het portier. De zij-airbag kan u verwonden wanneer deze vanaf de zijkant van de rugleuning wordt geactiveerd.Gebruik geen optionele stoelhoezen. Het gebruik van optionele stoelhoezen kan voorkomen dat de zij-airbags worden geactiveerd en kan de kans op verwondingen bij een ongeval vergroten.
Probeer geen onderhoud, reparaties of wijzigingen uit te voeren aan het aanvullend veiligheidssysteem of gekoppelde componenten. Als u deze instructie negeert, kan dat letsel of de dood tot gevolg hebben.Als een component van het aanvullend veiligheidssysteem is ingeschakeld, werkt deze niet meer. Laat het systeem en gekoppelde componenten zo snel mogelijk inspecteren. Als u deze instructie negeert, kan dat letsel of de dood tot gevolg hebben.
De zij-airbags bevinden zich aan de buitenkant van de rugleuning van elke voorstoel. Op de zijkant van elke rugleuning is een label aangebracht om dit aan te geven.
De zij-airbags zijn ontworpen om te worden geactiveerd tussen het portierpaneel en de inzittende, om extra bescherming te bieden bij bepaalde botsingen.
De airbag is ontworpen om te worden geactiveerd bij zware zijdelingse aanrijdingen. De airbag kan ook worden geactiveerd bij zware frontale aanrijdingen. De airbag is niet ontworpen om te worden geactiveerd bij lichte zijdelingse of frontale aanrijdingen, aanrijdingen van achteren of kantelen van de auto.