Alarm
LESEN SIE MEHR:
Toegang door onbevoegden wordt voorkomen door het ontgrendelen van de
portieren zowel van buitenaf als van binnenuit onmogelijk te maken.
Auto's die met dit systeem zijn uitgerust,
zijn voorzien van labels op de ruiten
van de beide voorportieren.
Met licht en geluid worden alarmsignalen gegeven wanneer er een
inbraakpoging
wordt gedetecteerd.
Wanneer het alarmsysteem is ingeschakeld, wordt het alarm onder de
volgende
omstandigheden geactiveerd:
Een vergrendeld portier of de achterklep wordt ontgrendeld
of geopend zonder
gebruik te maken van de instapfunctie of de afstandsbediening.
(Het portier
wordt automatisch weer vergrendeld.)
De motorkap wordt geopend.
De inbraaksensor signaleert een beweging in de auto. (Iemand
dringt de auto
binnen.) (indien aanwezig)
Als de hellingsensor een verandering van de helling van de
auto signaleert.
Herhaal Stap 1 en 2 terwijl de auto nog draait om de werkingstijd te
verlengen met de duur van een volgende start op afstand.Als u hebt
geprogrammeerd dat dit 10 minuten duurt, dan begint de tweede periode
van 10 minuten nadat de eerste activeringsperiode helemaal is
verstreken.Als de auto bijvoorbeeld al vijf minuten draaide na de eerste
keer starten op afstand, zal de auto nu nog in totaal 15 minuten blijven
draaien. U kunt starten op afstand tot maximaal 35 minuten verlengen.
Wacht minstens vijf seconden voordat u start op afstand nadat de auto is
uitgeschakeld.